li 4» Bezoldiging gemeentepersoneel» a» Circulaire van 4 januari I960 van het Min* van Binnenlandse Zaken, be treffende toekenning voorschot jfo over het eerste kwartaal I960® Burgemeester en Wethouders stellen voor dienovereenkomstig te besluiten, waartoe de Raad zonder hoofdelijke stemming besluit® b« Circulaire van de Min® van Binnenlandse Zkken van 28 maart I960, be treffende toekenning 2e voorschot 3$ over le kwartaal I960® Burgemeester en Wethouders stellen voor dienovereenkomstig te besluiten» De Raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig dit voorstel» Cm Circulaire van de Minister van Binnenlandse Zaken d»d» 24 maart I960, betreffende definitieve salarisverhoging per 1 april I960» Deze verhoging komt neer op 5$ verhoging van de salarisnormen met een minimum van f» 18»25 per maand» - opname in de vaste wedde van de tijdelijke huurcompensatie 1957» - een extra verhoging van jeugdige werklonen en de laagèt bezoldigden, - een huurcompensatie ingaande 1 april I960 ad met een minimum van f9 15»20 per maand» d» Circulaire van de Minister van Binnenlandse Zaken d.d» 17 november 1959, betreffende verhoging kindertoelage ingaande 1 oktober 1959, zijnde een feitelijke verhoging van 2 cent per dag en per kindo 11 Burgemeester en Wethouders stellen voor overeenkomstig de richtlijnen van de Minister als genoemd onder c en d te besluiten, waartoe de Raad zonder hoofdelijke stemming besluit» 5» Waterleiding onrendabele gebèedea percelen» De Voorzitter deelt mede, dat door de Waterleiding Mij Zuid-^eveland een berekening is opgesteld voor de kosten van aansluiting van de on rendabele percelen» Ha een aansluitende bespreking waardoor enige gunstige corresties in hun opzet konden worden aangebracht, komt de kostenraming op het volgen de neer, In de financiering zijn begrepen 27 reeds aangesloten percelen en 24 nog aan te sluiten percelen» Het z»g» poldergebied valt hier buitan. Investering f» 65«819* waarvan jendabel deel 51 x f» 400»— - 20*400»— onrendabele investering f» 45*419»— \faarvan de jaarlijkse lasten bedragen f» 2643*dit is gemiddeld per perceel ongeveer f» 52»o Burgemeester en wethouders achten het bezwaarlijk deze kosten in de vorm van een baatbelasting op betrokkene te verhalen, enerzijds omdat meer dan de helft van de in de berekening opgenomen percelen reeds aangeslotei zijn, en anderzijds omdat binnen maximum 3 jaar de rijkssubsidie onren dabele gebieden, aangevuld met een provinciale subsidie, de ten laste van de gemeente komende kosten ad f» 2643»m©'t ongeveer 72^ of f» 1903»— zal verminderen, zodat na 1963 overblijft f» 680»- onge veer f» 13«50 per perceel» 11 O O 1 WH 'f Jin

Raadsnotulen

Ossendrecht: 1920-1996 | 1960 | | pagina 4