f-fo/e
cl
-a; inzake de Rekening van het
Burgerlijk Armbestuur over
het jaar 1950*
Naar aanleiding van de brief d.d. 17 April 1940.G- No.52,111e
Afdeeling v.d.Heeren Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
waarin dit genoemd Collegetegen goedkeuring van de rekening
1953 van het Burgerlijk Armbestuur te Ossend.rechtopgemaakt
17 Februari 1940 geen bezwaar bestaat;
drukt de Commissie van Onderzoek hare groote verwondering uit
dat het
Col?
pre van
Ce d
rekening kan goedkeuren tot vaststelling.
"taten van Noord-Brabanteen dergelijke
is komen vast te staan,
geen enkel bewijsstuk aan-
Bij het controleeren dezer rekening
dat voor een bedrag van F 494,80
wezig is, en dus volkomen onverantwoord.
Voorts is de administratie dezer bedoelde boekhouding abso
luut onvolledig en het schijnt,dat de Secretaris-Penningmeester
v.h.Burgerlijk Armbestuur te Ossendrecht het overbodig acht,
om een lijst van Bewijsstukken behoorende bij de rekening 1938
v.h.Burgerlijk Armbestuur hierbij te voegen.
Volgens de Balans levert het dienstjaar 1938 een batig saldo
op van F 649,41, ondanks,dat men voor 1938 nog te betalen had
aan uitgaven voor een totaal bedrag van F 1360,84
Men moet derhalve constateeren,dat het dienstjaar 1938 een
deelig
na-
is
saldo oplevert,en zoodoende het batig-saldo hetwelk
opgegeven voor 1938 onjuist is.
Be"Commissie van Onderzoek der Rekening stelt derhalve aan
de' Raad der gemeente Ossendrecht voor, om deze .rekening met bij-
behoosrende bewijsstukken en uitgebrachte rapporten over de
Inkomsten en Uitgaven ter inzage terug te zenden aan het College
van Gedeputeerde Staten,en hen te verzoeken,deze genoemde
stukken en rapporten nog eens nader aan een onderzoek te
toetsen.
Ossendrecht15 November 1940.
Be Commissie van Onderzoek
der Rekening van de gemeente Ossendrecht.
3