J
De Voorzitter zeg|,dat hij den brief den 1 en of 2en Kerstdag had
ontvangen en zoo hij zich niet vergist eerst op Vrijdag na Kerstmis
Zaterdag werd een vergadering van Burgemeester en Wethouders uit
geschreven, ter behandeling van het schrijven van den Minister,die
Maandag d.a.v. werd gehouden,waarna de spoedeisshende vergadering
werd uitgeschreven.
Het lid Leijten vindt het jammer dat de jaarwedde van den con
troleur van de steunregeling en die van den klokluider, hetwelk nau-
welijks toereikend is om in de levensbehoefte te voorzien,moet verlaag
worden en zegt er zich wel noodgedwongen bij neer te moeten leggen,
wijl anders de extra bijdragen komen te vervallen.
De Voorzitter zegt,dat ook Burgemeester en Wethouders noodgedwongen
aan den eisch van den minister gevolg geven en dat zij alleen gaarne
zouden zien,dat de minister zijn eisch tot verlaging over 1935 aou
^orugtrekken.
Het lid Verduit zegt dat alle moeiten wel vergeefs zullen zijn
en wil daarom om ten aanzien van de eisch tot verlaging over 1935
gevolg geven en dat het verzoek om intrekking van de eisch over 1935
niet van den Raad dient uit te gaan.
De Voorzitter zegt daarin met de wethouder van gedachten te ver
schillen en wijst er nog eens uitdrukkelijk op,dat het voorstel van
Burgemeester en Wethouders is fem de eischen van den minister in te
willigen en om hem te verzoeken de eisch over 1935 te laten vervallen
en dit aan de hand van de beslissing van den Centrale Raad van Beroep
I
in ambtenaren Zaken.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt met tegen
1 stem aangenomen.
Voor de leden, Withagen,Mattheussens,Leijten,de Vos,Jacobs en Kil.
Tegen het lid Verduit»
Niets meer te behandelende zijnde sluit de Voorzitter de vergades»
ring»
De Wethouder, De Voorzitter,