Het lid Suijkerbuijk zegt, op verzoek van het oudste lid, het ver
slag te willen uitbrengen, waartegen de Voorzitter geen bezwaar
heeft»
Het lid Suijkerbuijk zegt, dat de commissie heeft opgemerkt, dat
de rekeningen van den electricien niet te controleeren zijn en ftoog
agloopen»
De Burgemeester zegt, dat in de rekening f.120.tot f.150.-•
is begrepen voor aankoop van nieuwe lampen, dat er _^50 lampen zijn te
onderhouden, welke ver uiteenliggen en dat zij aan weer en wind zijn
blootgesteld. 1
Het lid Suijkerbuijk zegt,dat toe te geven, dat de rekeningen toch
hoog loopen, de commissie geen bezwaar heeft en dat zij voorstelt de
rekening goed te keuren»
De Raad besluit daarna met algemeene stemmen de rekening voorloo-
pig vast te stellen.
De Voorzitter dankt daarna de commissie van onderzoek voor het
door haar verrichte werk.
4. Schrijven van Gedeputeerde Staten d.d» 25 September 1934, Gr. Nr.
458, IVa Afdeeling inzake de schoolgeldheffing»
De Burgemeester zegt, dat 3.&W, niet over kunnen gaan tot het^doen
van een voorstel tot verhooging dier gelden om een hoogere totaal op
brengst te verkrijgen, omdat de verwachte höogere opbrengst achterwe
ge blijft, omdat de inkomens der belasting-schuldigen zeer zijn ge
daald, waardoor verschillende personen buiten aanslag vallen.
Met algemeene stemmen wordt het voorstel van B. W, aangenomen»
5. Schrijven van Gedeputeerde Staten d.d. 19 September 1934, G» nr.
360, Ie Afdeeling, inzake vereeniging van de gemeenten Ossendrecht en
Putte.
8e Bargainee ster zegt, dat Gedeputeerde Staten omtrent hun voorstel
tot"vereeniging van Ossendrecht en rutte het gevoelen vragen van den
Raad en zegt, dat^et College van B. W. daarover verschil van ge
voelen bestaat en dit College in dit geen voorstel wenscht te doen.
Het lid Suijkerbuijk vraagt in deze financieele gegevens, waarop
de Voorzitter op het schrijven van Gedeputeerde Staten wijst en zegt,
dat de bezuiniging hoofdzakelijk in de bestuurskosten is gelegën.
Het lid van Gorsel zegt, dat onafhankelijkheid bij hem boven drijft
acht in vereeniging den direct voordeelijt hetwelk ook in de toekomst
zal blijken»
Het lid Jansen zegt, dat hij de vereeniging van Ossendrecht en
rutte gewenscht acht, om een mogelijke andere vereeniging te voorko
men.
z Het lid Kil zegt ook de onaghankelijkheid voorop te stellen, doch
zal voor de vereeniging stemmen om voor de toekomst geborgen te zijn»
Het lid Verduit zegt, dat men wel zoo dikwijls met voorstellen zal
terugkomen" tot alles bijeen is. Hij zegt, dat hoe grooter alles wordt,
hoe meer schuld er is, dat Putto heelemaal niet voor de vereeniging
is, en dat de samenleving met Putte, die nu goed is er heelemaal niet
op vooruit zal gaan.
Het lid Suijkerbuijk zegt op de onafhankelijkheid te steunen en
dat hij zich tegen de vereeniging zal stellen, waarin hij niet veel
voordeel ziet.