Hy merkt op, dat waar het hier een gemeente-eigendom geld toclj
zeker aldus mocht gehandeld worden
Verder gaande zegt hy dat hy saterdag 1.1. op weg naar de
heide zynde de voorwerker de Kidder ontmoette, die aid het ware
op hem stond te wachten, die hem dan vroeg waar hy heen ging dat
hy daarop zeide dat hy naar de helde ging, omdat die niet goed
was uitgezet Het antwoord daarop luidde dan dat zy zooveel
er aan konden wyzigingen als zy wilden, doch dat hy, de Kidder,
zich er niets van aan tro]f en het werk zou uitvoeren als de
Hederlandsch© Heldemaatschappy kad aangegeven
Verder gaf hy toe, dat het bewuste paaltje verkeerd stond en dal
de gemeente en niets over te vertellen had, daar de Heide Maat-
schappy het werk moest uitvoeren en dat wat het paaltje betreft,
dat wellicht door ©en of ander dieper was geslagen
Hy geeft dan zyn ontstemming over een dergelyk antwoord te
kennen, hetwelk hem niet bevalt en dat hy verder zich niet meer
op het werk zal wagen uit vrees er af gezet te worden en zegt
tot slot, dat alles wat wethouder Verduit en hy hier hebben ge
zegd alleen geldt om toe te lichten waarom deze spoedeischende
vergadering werd aangevraagd
i>e Voorzitter vraagt dan og het de bedoeling der heeren is om
deze mededeelingen voor kennisgeving aan te nemen
Het lid Mattheussens zegt dat zulks zyne bedoeling niet is
en dat hy er ook nog wel eens een woordje over wil zeggen, daar t
de Kaad tegen een dergelyk optreden maatregelen dient te nemen,
daar zulks reeds de tweede maal is dat zoo wordt opgetreden
Hy deelt dan mede, dat hy als wethouder ook reeds minder pretti
ge ervaringen opdeed en dat daarover de opzichter de Kidder
daarover van zyn superieuren een bemerking heeft gekregen waarna
hy het er verder by gelaten heeft doch nu weer laat die voor
werker tegenover leden van den Kaad uit komen dat de gemeente
in heel de werkverschaffing niets heeft aeggen
Verder gaande zegt hy dat een dergelyk optrden niet past
en dat z.i. een wethouder, als het het belang der gemeente betreft,
optrden kan
Hy verlangt dan, om dergelykai optrden verder te voorkomen, dat
de Kaad tegen den voorwerker scherpe maatregelen neemt om te
voorkomen dat het gewraakte optreden zich verder herhaalt en zegt
dat de Heide Maatschappy tegen den opzichter maatrgelen heeft te
nemen en hem op de gemaakte fouten dient te wyzen
Het lid Verduit zegt dan nog dat hy het woord verlangt over de
loonstaten, hetgeen hy zegt misschien beter te kunnen doen aan
het eind dezer vergadering
Vq Voorzitter zegt, dat eer3t het gewraakte optreden van de
voorwerker dient behandeld te worden en dat hy (Saarna het woord
over de loonstaten zal geven
Het lid Kil vraagt dan of de begrooting der ontginning werkelyl
in de vorige vergadering is goedgekeurd
V9 Voorzitter bevestigt zulks, opmerkende ,dat enkel onderdeelen
nog nader zouden behandeld worden
Het lid Kil zegt dan dat er toch niet van een goedgekeurde
begrooting kan gesproken worden
Het lid Kooymans zegt dat de begrooting is goedgekeurd behou
dens enkele uitzonderingen daarin en dat er b.v. geen slooten
zouden gegraven worden
Het lid ouykerbuyk zegt dat de begrooting niet is goedgekeurd,
daar deze tydens de behandeling is besnoeid
ve Voorzitter zegt dan zeker te weten dat de Kaad haar goed
keurde en dat zy den betrokken Minister ter goedkeuring is toege
zonden welke goedkeuring inmiddels is ingekomen Hy merkt dan
op, dat de Kaad de eerste 150 meter overeenkomstig het ontwerp
zouden bewerkt worden dat over het overig gedeelte nader zou
beslist worden en dat er geen slooten zouden gegraven worden