Openbare vergadering van den Raad der
gemeente Ossendrecht op Woensdag 7 December 1932
n.m. 7 uur
Aanwezig zyn de heeren: GMattheussens, P.J.Verduit, B.G.van
Gorsel w0P#Jansen G.Kil P.J.öuykerbuyk en J« J.itooymans
Voorzitter F.J.van de Ven, burgemeester, tevens secretaris
Tot voorstemmer wordt by loting aangewezen het lid G.Kil nummer
5 der presentielyst
1Vaststelling van de notulen van de
vergaderingen van 11 en 23 November 1932
Het lid Verduit vraagt in verband» met het genotuleerde omtrent
het gezegde van het lid Jansen als zou het gaan om de persoon of
tegen bepaalde personen, of hier de notulenmaker zich niet vergist
heeft of een fout heeft gemaakt
De Voorzitter zegt, dat het genotuleerde juist is weergegeven en
dat vermeid is hetgeen werd gezegd
Het lid Verduit zou dan van het lid Jansen willen vernemen wat hy
heeft bedoeld met hetgeen hy heeft gezegd
De Voorzitter zegt, dat het hier alleen gaat om de goedkeuring
der notulen en of de opgemaakte notulen weergeven hetgeen er gezegd
is en geeft het lid Jansen in overweging niet,te antwoorden
Het lid Mattheussens zegt ook eenige aanmerkingen te hebben, wyst j
op art ijl van het tteglement van Orde waarin vermeld staat dat de
secretaris van de wyziging van notulen aanteekening heeft te
houden op den kant der notulen hetgeen nooit §ebeurd en zegt verder
te protesteeren tegen het gezegde yan den Voorzitter èver de kruiwagenss
waarin de Burgemeester hem betrekt, hetgeen onwaar is
De Voorzitter zegt, dat het hier alleen gaat over de notulen en of
die naar waarheid zyn opgemaakt en wat de aanteekening in art ïj.1 van
het Reglement van Orde betreft, merkt hy uitdrukkelyk op dat de daar
verlangde aanteekeningen worden gemaakt en dat hy niets terug neemt
van het door hem gezegde omtrent de kruiwagens, daar alles wat hy
daarvan zeide waarheid bevat en niets dan de waarheid
Het lid Mattheussens zegt, dat de voorgeschreven aanteekeningen
niet worden gehouden waarop de Voorzitter hem antwoordtdat hy
Mattheussens zich vergist en dat hy ten overvloedde een onderzoek er
naar zal instellen en merkt op dat het lid Mattheussens dat nooit
heeft gecontroleerd
Het lid Mattheussens zegt de notulen vaak genoeg pe hebben nagegaan
en dat hy nooit eenige kantmelding zag, hetgeen de Voorzitter ontkent.
Het lid Jansen zegt dat hetgeen van hem in de notulen werd opgeno
men juist is
Het lid Verduit zegt daarop dat hy hoopt dat het lid Jansen in het
vervolg wat duidelyker sprak
Het lid van G0r3el verzoekt kalmte, waarby de Voorzitter opmerkt
dat door allen wel eens iet3 gezegd wordt hetgeen niet te verantwoorden
is
Met algemeene 3temmen worden de notulen van 11 en 23 November
1932 daarna ongewyzigd vastgesteld