De Voorzitter zegt, dat Burgemeester en Wethouders gemeend
hebbent dit naar voren te hebben moeten brengen en zegt, dat
zy meenen dat door deze gelden beschikbaar te stellen zy
aan de rand zyn van de middelen waarover Burgemeester en
wethouders kunnen beschikken voor de werkverschaffing en dat
zy daarom voorstellen de werkverschaffing op Vrydagavond
stop te zetten
Het lid Kil vraagt hoe het met de ontworpen steunb&&2bèêM&g;&
regeling staat en zegt het een fout te vinden de werkverschaf
fing stop te zetten voordat de steunregeling in werking is ge
steld era zou daarop willen wachten en doet het voorstel in dien
geest een besluit te nemen
De Voorzitter merkt op dat de vastgestelde steunregeling
hoogstens een 2 dagen na de vaststelling aan den Minister ter
goedkeuring werd toegezonden dat tot heden daarop geen ant
woord werd ontvangen en dat wanneer er op Vrydag geen antwoordt
mocht ingekomen zyn hy zich onmiddellyk telegrafisch met den
Minister in verbinding zal stellen
Het lid «ooymans zegt zich geheel aan te sluiten by het ge
sprokene van de heer &±1 en zegt diens voorstel geheel te
steunen
Hetb lid Mattheussens zegt dat Burgemeester en Wethouders
alles gedaan hebben om den nood door de werkeloosheid ontstaan
te lenigen en dat zy niet verder meer kunnen gaan, dat zy
alles gedaan hebben om de begrooting te besnoien wat mogelyk
was en dat hoe een en ander ook wordt bekeken, t<jt verdere
besnoeing kan niet meer worden overgegaan dat en de BurgemeestUS
ter en zyn Collegk wethouder Verdult geen kans meer zien veré
der te gaan dan gegaan is en dat het College van Burgemeester
en wethouders geen verdere uitweg zien Hy vraagt de beide
voorstellers Kil en iiooymans aan Burgemeester en Wethouders een
weg te wyzen waar de gelden zyn te vinden of vandaan kunnen
geh aald worden Voortgaande zegt hy datv het fee el gemakke-
lyk is de werkverschaffing voort te zetten doch daarvoor zyn
gelden noodig Ten slotte zegt hy dat het zeer logisc^ is,
dat de heeren Kil en nooymans opkomen voor hun party, doch
behalve die party z egt hy zyn er nog andere partyenn en
daarvoor komt hy op om wier belangen hy opkomt
Het lid Kil antwoordt het lid Mattheussens dat het z.i. heel
gemakkelyk gaat de weg aan te wyzen waar de gelden zyn te
verkrygen en wyst daarby op de werklooze arbeiders die wel
is waar wat by de werkverschaffing hebben verdiend, doch geen
overschot hebben em dat wanneer de werkverschaffing wordt
stopgezet zy de volgende week geen geld hebben om levensbenoo-
digdheden te koopen zoodat zy verplicht zyn schulden te maken
en zegt ten slotte dat de gemeente dan op dezelfde wyze dient
te werk te gaan n.l. voor de werkverschaffing schulden
maken waardoor deze niets anders dèet dan de arbeiders en
merkt op dat er nu eenmaal niets anders op zit
Het lid Suykerbuyk vraagt of het nog lang zal duren vooraleer
de steunregeling zal goedgekeurd zyn waarop de Voorzitter zegt
reeds lang eenig antwoord verwacht te hebben en mocht op morgen
geen antwoord zyn ingekomen dan zal hy zooals hy reeds eerder
zeide telegrafisch antwoord vragen
De Voorzitter brengt dan het voorstel van Burgemeester en
««ethouders in omvraag en zegt wanneer dat aai genomen wordt
het voorstel lil vervalt en wanneer het voorstel van
Burgemeester en Wethouders wordt verworpen dat het voorstel
Kil als aangenonen wordt beschouwd