d. Schryven Tan het burgerlyk Armbestmir in deze gemeente 3 Februari 1932 houdende mededeeling dat tot Voorzitter werd benoemd J.H.Hendrlkx f« besluit van Ged- Staten van Noordbrabant van 3 Februari 1932 G. Nr 313 houdende goedkeuring van het raadsbesluit van 8 December 1931 tot het aangaan eener geldleening groot f kOQO.-, a pari rentende 5t% De Voorzitter zegt# dat deze geldleening werd opengesteld, dat aan verschillende banken welke verzocht werden deze geldleening over te nemen daarop alle afwyzend hebben beschikt en dat de Burgemeester daarna in de gelegenheid is geweest deze leening a pari te plaatsen tegen 55® 9 waarop hy daarvan kennis gaf aan Burgemeester en Wethouders die de leening overeenkomstig het voorstel van den Burgemeester hebben geplaatst g. Schryven van Ged-Staten van Noordbrabant d.d. 3 Februari 1932 G. Np 45 9 houdende mededeeling dat zy met betrekking tot de' gesubsidieerde g$meentewegen blyven staan op het afwyzend standpunt, zooals dat is neergelegd in hun brief d.d, 18 Februari 1930 G. Nr 176 welk schryven aan het stuk werd toegevoegd en ter inzage heeft gelegen j h» Schryven van GMattheussens d.d. 6 Februari I932 dat hy de benoeming tot lid van het algemeen Burgerlyk Armbestuur aanneemt f 1. Schryven van Ged-Staten van Noord-Brabant d.d. 9/16 Maart 1932, waarby mededeeling gedaan wordt, dat, aanvangende 2 Januari 1932 de provincie geene bydrage meer verleend in de gemeentelvke werk verschaffing s Het lid Verduit vfcaagt, of het niet mogelyk is alsnog eene provinciale subsidie te krygen daar dit besluit in het nadeel der gemeente is dat Ged-Staten dit nog wel bepalen met terug - werkende kracht ti>t 2 Januari 1932, dat Ged-Staten daardoor de gemeente in groote moelelykheden brengt omdat op die bydrage werd gerekend dat wel is waar wordt gezegd dat zy hun besluit ter kennis van den Minister hebben gebracht en vraagt zieh af, of de Minister ook niet te leur zal stellen en de subsidie geven zal waarop gerekend werd en dat hy zou willen trachten alsnog een kleine subsidie van de provincie te verkrygen Verder wyst het lid Verduit er op dat als de provincie vergelykingen maakt met anderen hy dat ook wel kan, daar hier een weggeld is te betalen en elders niet en stelt voor alsnog een subsidie te verkrygen, daarx de gemeente, als zy de 75# niet krye-t, in groote moelelykheden zal geraken x, zegt niet te kunnen mededeelen hoeveel subsidie het ryk zal verleenen doch rekent op 75# en zou met het nemen eener besliising willen wachten totdat het subsidie bedrag bekend is Het lid Verduit merkt op dat de gemeente dan met een ledige kast zit en niet te weten waar het geld dan vandaan te halen De Voorzitter zegt daarop dat nog altyd op deze aangelegenheid kan teruggekomen worden en stelt voor het stuk thans voor kennisgeving aan te nemen Niemand gaat hierop verder in waarna de Voorzitter verder gaat J. Besluit van Ged-Staten van 16 Maart 1932 ,G. Nr 372 houdende goedkeuring van het raadsbesluit van 25 September 1931 tot uit» xeenen van kasgelden aan de Boerenleenbank

Raadsnotulen

Ossendrecht: 1920-1996 | 1932 | | pagina 25