a tx: rc rxc c/of C x .Id xx .rev xxc .xvx x c: c ex r c ;c :c rex: ex i c o xxx c c r r. ,r - :Cx c Het lid van Cïorsel zegt, dat een biljart een luxe is hetgeen het lid Kil ontkent Het lid Jansen vraagt of het lid, als belanghebbenden buiten stemming zal blyven daar hem vroeger dat ook werd gezegd De Voorzitter zegt, dat het toen familie verband gold en thans niet en zegt, dat ieder lid voor zich heeft uit te maken, of hy belanghebbende is daar hy toch zyn beslissingen aan de afgelegde eeden heeft te toetsta. Nadat over de opbrengst een kleine behan deling plaats had waaruit blykt, dat het juiste bedrag niet be kend is wordt het voorstel Verduit met 5 tegen 2 stemmen aangenom men Voor de leden Kil,Mattheussens. Verduit, Suykerbuvk en Kooymans Tegen de leden; Jansen en van G-orsel De Voorzitter zegt dan dat hy eerst de aanvullingsagenda zal afhandelen waartggsn zich niemand verzet en stelt aan de orde I, Vaststelling van de pensioen grondslag van den gemeente-veldwachter. De Voorzitter zegt geon voorstel in deze van Burgemeester en Wethouders te hebben', doch dat hy voorstelt den pensioengrondslag met f 50.- te verhoogen voor het emolument vrye genesskuxtdige behandeling en medicamenten cn zegt daarby dat eertyds de jaar wedde -regeling van den veldwachter door de naad is vastgesteld, waaronder dat emolument en dat daarvoor een bedrag is te ramen ten einde -den pensioengrondslag vast te stellen Het lid Mattheussens zegt dat de grenzen der billykheid reeds lang zyn overs'chrëdén en de jaarwedda van den veldwachter en vele anderen veel te hoog is en stelt voor deze bepaling in d® jaarwedde -regeling van den veldwachter in te trekken cn dan den pensioengrondslag te laton wat hy is De Voorzitter zegt dan Ik merk wel, dat men de ambtenaren hier geen goed hart toe draagt. Ik wil hier uitdrukkelyk opmerken, dat ik elke poging tot salaris vermindering zal bestryden met alle kracht die in my is Nog moet ik hier opmerken, dat het my wil voorkomen dat de meerderheid van den Raad zich sterk meen£ door haar positie doch zy vergeet, dat er nog een Ambtenarenwet is waarin de ambtenaren tegen willekeur worden beschermd, dat op grond dier Ambtenarenwet ook hier voor 1 September 1931 moest en is vastgesteld een ambtenaren - reglement waaript o.m, een artikel 83 is opgenomen luidende r» Ik meen goed te doen hierop te wyzen en om te voorkomen dat besluiten genomen worden welke daarmede stryden en daardoor weinig of geen waard® hebben Verder moeten de salarissen zoo zyn dat de ambtenaren een mensonwaardig bestaan hebben en niet zoo, dat zy daaruit geen be staan hebben, of dat hun arbeid niet naar waarde betaald en zeker zoo, dat zy het oor niet moge leenen voor - omkoopery - daar omkoopery n tot de meest ergerlyke toestanden aanleiding geven Omkoopery is verder strafbaar daar staan zeer zware straffen op, zoo voor d@n omkooper als voor den omgekochte hoe en op welke wygw zulks ook geschied, hetzy door geld te bieden of aan te nemen, hetzy door het aannemen of geven van voorwerpen hoe ook genaamd on die omkoopery is te ernstiger wanneer zulks geschied door personen onder eed Het is toch van voldoende bekendheid, dat omkoopery alleen ge schied om daaruit voor-deel te trekken of wel om iets"te bereiken, waartoe men geen andere gelegenheid schynt te hebben Hieraan mag wel eens gedacht worden dit mag wel eens ernstig overwogen worden Niemand geeft op het gezegde van den Voorzitter ©enige bemerkinga x; V O )X10 9: Or X - O O :c O' 10 0 1 Cj rCX X t X ree C G

Raadsnotulen

Ossendrecht: 1920-1996 | 1931 | | pagina 39