Eveneens zal worden bezien of wijziging van de statuten, zo dit nodig
mocht blijken, mogelijk is.
Naar aanleiding van mededeling nr.' 4 zegt de VOORZITTER, dat het
schetsmatig recreatieplan van het'zwembad in een speciale informele
vergadering met de raad zal worden besproken. Dit naar aanleiding van
een vraag van de heer VAN GASTEREN.
Naar aanleiding van punt 6 vraagt de heer VAN GASTEREN het resultaat
van het onderzoek.
De VOORZITTER zégt dat het onderzoek in gang is gezet en dat een
aanvang is gemaakt met de gesprekken. Uiteraard is het resultaat niet
bekend.
Naar aanleiding van de desbetreffende vraag van de heer VAN GASTEREN
bij punt 8 zegt de VOORZITTER, dat de aanbesteding op 22 april 1980 van
het doortrekken van de Kriptalsingel te Stampersgat openbaar is.
De heer VAN DUIJVENBODE doet naar aanleiding van de mededeling nr. 3
de suggestie de Raad van Beheer van het zwembad te verzoeken de tarieven
voor kinderen te stellen tot de leeftijd van 16 jaar.
De VOORZITTER zegt toe hierop een antwoord te geven binnen een week.
De heer VAN BEEK zegt dat in de Raad van Beheer gesproken is over 13» 14»
15 jaar. De leeftijd van 12 jaar bij de mededelingen is inmiddels achter
haald.
Naar aanleiding van de desbetreffende vraag van de heer JANSEN zegt
wethouder ERNEST m.b.t. punt 1, dat de plaatsing van een container op
de gemeentewerf voor grof vuil een proef is voor een aanloopperiode.
De VOORZITTER zegt, dat indien bij grof vuil, b.v. voor bejaarden, het
brengen op de gemeentewerf bezwaren oplevert, dat hier incidenteel een
regeling voor getroffen kan worden.
3. Ingekomen stukken
(preadvies nr.; 80.022)
Naar aanleiding van de punten "p" en "q" vraagt de heer OOMEN of onder
zocht zal worden of Van Peer een hinderwetvergunning heeft gekregen.
De VOORZITTER zegt toe dit te onderzoeken en zo nodig zullen maatregelen
worden getroffen.
Naar aanleiding van de desbetreffende vraag van de heer OOMEN zegt de
SECRETARIS op verzoek van de VOORZITTER dat bouwplannen in het buitengebied
worden medegedeeld aan de ruilverkaveling en deze kan zonodig hierop
reageren.
De heer OOMEN zegt, dat er bepaalde bouwplannen in het buitengebied de
ruilverkaveling niet bekend zijn.
De VOORZITTER antwoordt hierop, dat eventueel na de raadsvergadering
concrete situaties kunnen worden voorgelegd en dan is het mogelijk te
onderzoeken.
Naar aanleiding van de punten "k" en "y" antwoordt de VOORZITTER op de
desbetreffende vraag van de heer VAN BEEK dat de aanwijzingen afzonderlijk
aan de raad worden voorgelegd en deze twee punten worden derhalve niet
voorgesteld voor kennisgeving aan te nemen.
Naar aanleiding van de opmerking van de heer VAN GASTEREN bij punt "f"
zegt de VOORZITTER dat het bezwaar van de Nederlandse Gasunie tegen
het "Enclavenplan Buitengebied II" ter sprake komt bij de behandeling
van dit bestemmingsplan. Dit bezwaarschrift wordt ook toegezonden aan
de commissie ruimtelijke ordening.
De heer VAN GASTEREN neemt de punten "j" en "k" inzake brieven van de
Raad van State samen. Het is de heer VAN GASTEREN opgevallen, dat in het
verweer van de gemeente naar de Raad van State m.b.t. de weigering
van de bouwvergunning aan Braat, daar wordt gezegd dat het gelijkheids
beginsel niet zover gaat, dat aan het bestuursorgaan de bevoegdheid