- 8 -
De heer VAN DUIJVENBODE deelt mede, dat het voorliggende punt een
moeilijke zaak was voor de commissie Algemeen Welzijn. Vermeld dient nog
te worden dat door de initiatiefgroep is gevraagd om een startsubsidie,
hetwelk zou kunnen leiden tot een vervolgsubsidie, doch de commissie
Algemeen Welzijn heeft dit omgezet in een éénmalig subsidie van 600,
Spreker ziet graag het rapport tegemoet in het belang van de gemeente.
De heer VAN GASTEREN wijst nog naar het besprokene in de commissie
Algemeen Welzijn in de vergadering van 12 juni 1979» waar gesproken wordt
over het aanstellen van een welzijnswerker c.q. welzjjnsambtenaarDit
heeft zijn beslag nog niet gekregen. Volgens spreker is men het kennelijk
beu en heeft men een initiatiefgroep in het leven geroepen. De initiatief
groep heeft een duidelijk signaal gegeven aan de gemeente. De commissie
Algemeen Welzijn zegt in het advies, dat deze aangelegenheid achterhaald
is, omdat de meerderheid van de gemeenteraad vóór de aanstelling van een
sociaal-kultureelwerker is. De commissie zegt verder, dat er duidelijk een
taak ligt voor het gemeentebestuur.
De heer VAN GASTEREN is het eens dat het initiatief bij de gemeente moet
liggen. Het gevaar is aanwezig dat door de initiatiefgroep het welzijns-
plan van de gemeente wordt doorkruist. Spreker vindt verder dat de samen
stelling van de initiatiefgroep niet representatief is voor de gemeente.
Spreker vraagt wanneer het onderzoek door de gemeente wordt ingesteld.
De heer VAN BEEK stelt duidelijk voorop, dat als ingestemd wordt met het
verzoek om 600,ter beschikking te stellen, dat dit niet inhoudt,
dat een sociaal-kultureelwerker aangesteld kan worden. De V.V.D. is hier
tegen. Niettemin moeten de mensen in de gelegenheid gesteld worden een
onderzoek in te stellen. Misschien kan daardoor het standpunt van de V.V.D
wyzigen.
Naar aanleiding van de desbetreffende vraag van de heer VAN BEEK zegt
wethouder VAN MERRIENBOER dat het verslag zal worden uitgebracht, althans
de gedachte is het verslag uit te brengen in juni 1980.
De heer VAN BEEK wil in ieder geval een termijn stellen binnen well© het
rapport binnen moet zijn.
Wethouder VAN MERRIENBOER vermeldt dat het initiatief heel ruim is geweest
dat ook de gemeente een uitnodiging heeft gehad om zitting te nemen in de
initiatiefgroep en dermate ruim is geweest, dat eenieder zitting heeft
künnen nemen in deze groep.
Wethouder VAN MERRIENBOER is van mening, dat de samenstelling van de
initiatiefgroep wél representatief is voor de gemeente. Spreker stelt
duidelijk dat de initiatiefgroep zo is, dat het een particulier initiatief
betreft en spreker juicht dit toe. Spreker wijst er op, dat bij de begro
tingsbehandeling duidelijk gesproken is over de sociaal-kultureelwerker.
De heer Van Gasteren is jammer genoeg niet bij de begrotingsvergadering
aanwezig geweest, doch had het kunnen lezen in de notulen. Spreker citeert
uit de notulen van de begroting het volgende:
"Aan het welzijnswerk zit een materiële kant en ©en inmateriële kant.
Financiën zijn belangrijk. Het aantrekken van een opbouwwerker zal nader
worden bezien in het kader van de opzet van het gemeentelijk welzijnsplan.
Het college heeft inmiddels, het was toen al december, een bericht ont
vangen dat er vanuit particulier initiatief een werkgroep is gevormd, die
het een en ander gaat onderzoeken. Een opbouwwerker in dienst van een
particuliere stichting wordt door het rijk namelijk volledig gesubsidieerd.
Een welzjjnsambtenaar in dienst van de gemeente, dan praten we wel over
iets anders, is óók denkbaar. Beide mogelijkheden zullen door het college
nader worden onderzocht"
De heer GELIJNS zegt dat, indien een sociaal-kultureelwerker ingeschakeld
kan worden voor het bejaardenwerk, dit dan een goede zaak is.
De heer SWEERE wil weten of er vanuit de initiatiefgroep een ongevraagd
advies komt. De raad is er al wel een jaar over eens, dat er een sociaal-
kultureelwerker móet komen. Dat is destijds in de commissie Algemeen Wel-
zyn duidelijk gezegd. Het is een goede zaak als de verenigingen tesamen