met het standpunt van het college om het eerder gedane voorstel te
steunen. Spreker ziet dus af van het voorstel om de beslissing te
verdagen.
De heer VAN DUIJVENBODE heeft kennis genomen van de mededeling, dat
by het gesprek met de heer Peeters geen nadere gezichtspunten naar
voren zyn gekomen.
Voorkomen moet worden, dat onzorgvuldig stukken worden behandeld.
Ook moet de hoor- en adviescommissie serieus worden genomen.
Mevrouw HENDRICKX heeft eveneens kennis genomen, dat er een gesprek
heeft plaatsgevonden met de heer Peeters. Het ware beter geweest, dat
dit tevoren was gebeurd, voordat een voorstel aan de raad werd gedaan.
Als er nadere argumenten zouden zyn, dan moeten deze ook in de commissie
worden behandeld. Er zijn volgens spreekster fouten gemaakt. De bouw-
aanvrageprocedure dient te worden verbeterd. Er moet meer duidelijkheid
komen naar de burger toe. De Werkgroep handhaaft het standpunt, dat er
geen burgerbouw in het buitengebied moet komen. Er dient spoedig een
bestemmingsplan buitengebied en Stoof tot stand te komen met inspraak
van betrokkenen.
Verder vraagt mevrouw HENDRICKX alle verleende bouwvergunningen binnen
10 dagen openbaar te maken.
De heer VAN GASTEREN wyst er op, dat in 1965 door het college van gede
puteerde staten aan stroken in de omgeving Lagestraat goedkeuring is
onthouden. Binnen een jaar moet dan de gemeente een nieuw plan vaststel
len. Gebeurt dit niet, dan kunnen gedeputeerde staten dit doen. Ook hier
is geen gevolg aan gegeven. Min of meer hebben gedeputeerde staten geen
gevolg gegeven aan hun bevoegdheid.
De heer VAN GASTEREN geeft als stemverklaring, dat hij nog onverkort
staat achter het oorspronkelijke voorstel van het college van burgemeester
en wethouders tot ongegrondverklaring van het beroep.
De heer VAN BEEK zegt, dat door de confliktsituatie, welke de vorige ver
gadering is ontstaan, leidt tot een goed beleid. In het gesprek van de
voorzitter met de heer Peeters is een stuk duidelijkheid gekomen.
Hierdoor komt duidelijkheid en dit was de doelstelling van de vorige
vergadering. In de vorige vergadering is een verwarring ontstaan tussen
agendapunt 12 en 12a. Punt 12a had niet aan de orde hoeven te komen.
Als lid van de hoor- en adviescommissie staat spreker onverkort achter
het advies van de commissie. Inmiddels is gevolg gegeven aan een nader
overleg met de heer Peeters. Spreker gaat nu dus niet meer mee met het
voorstel tot verdaging. Spreker staat achter het voorstel van het college
by agendapunt 12 van de vorige vergadering om het beroep ongegrond te ver
klaren. Dit is ook conform het advies van de commissie.
De heer GELIJNS staat niet achter burgerbouw in het buitengebied.
De VOORZITTER stelt hierna aan de orde het voorstel van de vorige vergadering,
waar de stemmen staakten. Dit voorstel was: verdaging van de beslissing.
By hoofdelyke oproep stemmen alle aanwezige 12 leden tegen, zodat dit voor
stel is verworpen.
Hierna stelt de VOORZITTER aan de orde het voorstel van burgemeester en
wethouders van de vorige vergadering, zoals dit is neergelegd in het
preadvies nr. 80.097 onder "2" en het betreft derhalve het ongegrond
verklaren van het beroep van de heer P.B.J. Peeters.
Niemand verlangt hoofdelyke stemming, zodat zonder hoofdelyke stemming
met algemene stemmen hiertoe wordt besloten.
3» Sluiting
De VOORZITTER sluit hierna de vergadering met het conform het Reglement
van Orde vastgestelde gebed.