- 4 -
heden waar de gemeente mee kampt inzake de uitvoering van
voornoemd bestemmingsplan.
Spreker memoreert dat in een vorige raadsvergadering is besloten
tot het in regie uitvoeren van het bouwrijpmaken van het bestem
mingsplan. Nu wordt er gesproken over een openbare aanbesteding.
Spreker vraagt of het bestemmingsplan wordt uitgevoerd conform
het oorspronkelijk vastgestelde plan, dus mét een nieuw gemeente
huis, mét een winkelgalerij etc.
De heer VAN GASTEREN is erg bljj te vernemen dat het college
voorstander is van een actieve grondpolitiek.
Indien aan dit bestemmingsplan geen woningbehoefte-onderzoek
is voorafgegaan, verzoekt, spreker het college de noodzaak hier
van in te zien.
Er staat dat de feiteljjke woningbouw pas eind 1980 zal worden
gerealiseerd i.v.m. de ontoelaatbare lozingen op het oppervlakte
water. Hier heeft spreker wel begrip voor.
Met betrekking tot een selectief gronduitgiftebeleid vraagt de a
heer VAN GASTEREN of het college voornemens is de prjjzen te
koppelen aan de bestemming van de grond. Dus b.v. woningwet
woningen, kleine middenstand en sociale- culturele instellingen
lagere prjjzen en dure koopwoningen (b.v. kantoren) hogere prjjzen.
Voorts wijst spreker er op, dat de Vereniging van Kleine Kernen
heeft uitgevonden, dat de woningbouw in een gemeente zoals Oud en
Nieuw Gastel per eenheid 10.000,tot 18.000,duurder is.
Spreker vraagt het college te bevorderen dat een lokatiesubsidie
wordt aangevraagd bjj het rijk (of een kleine kernen-toeslag)
Spreker merkt op, dat 21,3% van de grond niet in eigendom is
van de gemeente. Een groot gedeeJtevan de grond is in het bezit
van één bezwaarhebbende en het andere gedeelte is in eigendom
van andere kleine particulieren. In hoeverre zal dit gevolgen
hebben voor de grondprijzen
Een afwjjking van de gewoonlijke bezwaarschriftenprocedure met
toepassing van art. 19 lijkt spreker wel redelijk.
Wat gebeurt er indien de Kroon bezwaarhebbende in het geljjk stelt?
De heer VAN BEEK memoreert het schrijven van 9 maart j.l. waarin a
spreker een aantal vragen stelde inzake een voorlichtingsbijeen-
komst m.b.t. bestemmingsplan Centrum-Meireweikes (woningbehoefte,
bouwgronduitgifte, woningbouw). Spreker heeft antwoord gekregen
dat dit een nader onderzoek vereiste en dat rapportage zou volgen.
Spreker heeft voor het eerst in een memo iets over dit onderwerp
teruggevonden. Is het mogelijk dat burgemeester en wethouders eerst
antwoord geven op de gestelde vragen alvorens het in een memo wordt
opgenomen bjj de raadsstukken? Overigens vindt spreker de ontwik
kelingen, zoals deze in de memo zijn opgenomen, een stap in de
goede richting.
De VOORZITTER antwoordt dat dit een schoonheidsfoutje is. In het
vervolg zal hiermee rekening worden gehouden.
Naar aanleiding van de desbetreffende vraag van de heer SWEERE
zegt de VOORZITTER dat het bestemmingsplan zó wordt uitgevoerd,
zoals het ter visie heeft gelegen en zoals het is goedgekeurd
door de gemeenteraad en gedeputeerde staten.
Spreker verbaast er zich over om 'dergelijk groots plan in regie
uit te voeren. Voor dergelijke grote werken is openbare aanbe
steding het meest juist en men weet waar men aan toe is.
Spreker memoreert dat er een woningbehoefte-onderzoek heeft
plaatsgevonden.
