- 2k -
De VOORZITTER zegt verder m.b.t. toezeggingen dat deze ook
mondeling zyn gebeurd. Hoe men aan ambtelijke (schriftelijke)
informatie is gekomen, kan spreker niet achterhalen.
Ook moet worden rekening gehouden dat toezeggingen worden ge
suggereerd. Uiteraard wordt in deze gevallen hierop niet verder
ingegaan. Alle voorkomende gevallen worden zorgvuldig behandeld.
De opmerking dat het college van burgemeester en wethouders onder
curatele is gesteld door gedeputeerde staten is onjuist.
Gedeputeerde staten hebben wel geconstateerd dat er veel aanvragen
ex art. 19 waren. Overleg is gepleegd terzake van reële toezeggin
gen. Burgemeester en wethouders achten zich moreel verplicht om
de formele procesgang voor een bouwvergunning voort te zetten.
In het geval Van Popering zijn de toezeggingen gedaan aan degene,
die de grond aan Van Popering heeft verkocht. De toezegging is
gebonden aan het bouwperceel en niet aan de economische gebonden
heid. Wat er precies gebeurd is tussen 15 september 1977 en 6
oktober 1977 is moeilijk na te gaan.
De toezegging aan Van Popering is gedaan d.d. 13 december 1978.
Een onderzoek naar het "in principe akkoord" van ambtelijke zijde
zal plaatsvinden.
Omtrent de beslissing van gedeputeerde staten op de toepassing
van art. 19 is nog niets bekend. Spreker zegt toe de raad op de
hoogte te zullen houden.
Met betrekking tot het verstrekken van adressen van bezwaarhebbenden
kan nauwelyks op het gemeentehuis gebeurd zijn. Er zyn grote belan
gen in het spel.
Burgemeester en wethouders zien graag dat door de gemeente te maken
kosten in een exploitatieopzet van gronden wordt opgenomen. Dit is
in plan de Stoof niet mogelijk. Het invoeren van een baatbelasting
c.q. bouwterreinbelasting zal zeer zeker worden voorgesteld indien
dit redelyk is.
De heer VAN GASTEREN vraagt of het college na zoveel tyd de
medewerking aan Van Popering alsnog wil verlenen. Verder informeerj.
spreker of een toezegging eeuwigdurend is. Wat het ee ste betreft O
is er van de zijde van de gemeente een morele verplichting. Wat
het tweede betreft, zal op zyn juridische merites worden nagegaan.
De heer VAN BEEK verzoekt een punt van orde n.l. dat de interpel
latie zo kort mogelijk wordt gehouden en dat niet alles 3 maal
wordt gezegd. Spreker merkt verder op, dat de interpellatie niet
schriftelyk is ingediend.
De heer VAN GASTEREN merkt op, dat de interpellatie niet schrifte
lijk behoeft te worden ingediend.
De heer VAN GASTEREN dankt tenslotte de voorzitter en de raad
voor het langdurig aandachtig gehoor.
Vooraleer de voorzitter de vergadering sluit, merkt de heer
VAN DUIJVENBODE op, dat hy een overzicht heeft ingezonden m.b.t.
de kosten van de vuilverwerking.
De VOORZITTER zegt toe, dat dit by de ingekomen stukken van
de volgende raad wordt gevoegd.
16Sluiting
De VOORZITTER sluit hierna de vergadering met het conform het
Reglement van Orde vastgestelde gebed.