- 14 - Het kanechter ook zyn, dat de raad zelf ook by de invulling van het bestemmingsplan (dus bij de voorbereiding) bepaalde gedachten en sugges ties heeft. Zoals momenteel bestemmingsplannen worden voorbereid n.l. door burgemees ter en wethouders en de planoloog vind ik eigenlyk niet eigentyds. Zonder inspraak van raad en bevolking worden bestemmingsplannen voorbereid. De invulling van bestemmingsplannen zyn politieke keuzen. De planoloog werkt de keuzen uit. Ik vind dan ook, dat de raad eerder dan thans het geval is haar invloed moet kunnen doen gelden. Ook vind ik dat de bevol- mg reeds in het voorbereidend stadium inspraak moet worden verleend. Mynheer de voorzitter, het zal u duidelyk zyn, dat willen we, reeds in het voorbereidende stadium inspraak verlenen aan de bevolking, dan moet de gemeente er wel voor zorgen, dat de gronden, die in dat gebied liggen, reeds vóór de bekendmaking dat er een voorbereidingsbesluit wordt genomen, dat die gronden in eigendom van de gemeente zyn. Ik bepleit dan ook een actief grondbeleid, gedachtig de spreuk regeren is vooruitzien. Is de grond eenmaal in eigendom van de gemeente, dan behoeve er ook geW voorbereidingsbesluiten meer genomen te worden. Ongewenste ontwikkelingen kunnen dan immers worden voorkomen. Ik vinó deze inspraak erg belangrijk. Ik heb het over de inspraak van de bevolking,maar niet in 't minst de inspraak van de raad. En dat blykt ook uit de verkiezingsprogrammas dat de meeste hier in deze raad vertegenwoordigende mensen dus vóór inspraak zyn. De gemeentebesturen zyn niet wettelyk verplicht de burgery inspraak te verlenen by de procedures met betrekking tot de ruimtelyke ordening. De huidige wettelijke bepalingen voorzien slechts in een tegenspraak procedure d.m.v. bezwaarschriften. Er staat wel een onbeperkte ruimte in de wet op de ruimtelyke ordening, om met inspraakprocedures te experimenteren. In vele gemeenten zijn dan ook de afgelopen jaren verschillende overleg- kanalen gecreëerd. Mynheer de voorzitter, ik vraag u of u nu reeds kunt toezeggen als voorzitter van de komende commissie ruimtelijke ordening, of u daartoe bereid bent en of de inspraak binnen afzienbare tijd gestalte kan doen krygen. Overigens is reeds in 1970 door de Raad van Advies voor de ruimtelyke ordening een advies uitgebracht om reeds in de ontwerpfase - en daar hebben we het nu over - van een bestemmingsplan de bevolking inspraak e verlenen. Dus niet alleen met b.v. de gemeentebesturen van de om liggende gemeenten en betrokken ryks- en provinciale diensten overleg te voeren overeenkomstig artikel 8 van het besluit op de ruimtelijke ordening. v Nogmaal mijnheer de voorzitter, mijn vraag is duidelijk op dat punt: wanneer denkt u de inspraakprocedure voort te zetten? De VOORZITTER wijst er op, dat het natuurlijk nog niet zeker is of hij de voorzitter van de commissie ruimtelijke ordening wordt hoif+nSvSPrekfr iS h6t onJuist te stellen dat de raad geen invloed heelt. Er komt een commissie ruimtelyke ordening en dan zal er zeker inspraak plaatsvinden. overtetreft h8t actief Srondl:)eleid, daar heeft het college besprekingen Als er voldoende ruimte en tyd in de raad gevonden kan worden, kan met het struktuurplan een begin worden gemaakt. Spreker is van mening, dat er een inspraakverordening moet komen, welke aangeeft dat de burgery voldoende inspraak moet hebben, maar welke ook aangee at mensen die stokpaardjes gaan beryden en inspraak gaan ver- tragen, ook minder kansen krijgen.

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1979 | | pagina 45