- 2 -
De VOORZITTER deelt mede, dat er geen op- of aanmerkingen zyn
binnengekomen
De heer VAN DUIJVENBODE merkt op bladzyde 2 onderaan op, dat
het bedrag van 88.000,-- moet zyn 80.000,--.
De VOORZITTER zal dit nader laten onderzoeken en het zal zo
nodig hersteld worden.
Zonder hoofdelijke stemming worden voormelde notulen gearres
teerd
3Ingekomen stukken
(preadvies nr.: 79.137)
Met betrekking tot punt "a" vraagt de heer SWEERE of met
een kleine statutenwijziging het mogelijk is het verenigings
leven toch in de Raad van Beheer op te nemen.
De VOORZITTER zal het aan de Raad van Beheer voorleggen.
De heer SWEERE haalt aan het schrijven van de gemeente Zeven
bergen (punt "h") aan de gemeente Roosendaal (G.E.W.B. in
Roosendaal) i.v.m. de min of meer van bovenaf door het ministerie
van Economische Zaken opgelegde dwingende maatregel, dat er
zoveel aan gastarieven geheven moet worden. Heeft dat ook nog
consequenties voor onze begroting? Houdt men meer over of is het
zo, dat u aan het begrote bedrag, wat u in de begroting hebt
opgenomen, dat dat bedrag zo blijft staan?
De VOORZITTER zegt, dat de winst al in de begroting is verwerkt.
Spreker zegt met ambtelyke steun donderdagavond een antwoord
te geven.
Mevrouw HENDRICKX zegt m.b.t. punt "h", dat het neerkomt op
60, -- per inwoner, een verkapte belasting eigenlijk, hetgeen
een winstpost voor de gemeente is op de energie; we moeten
zuinig zyn met energie; die prijzen zijn van bovenaf vastgesteld.
Een standpunt, hoe daarover wordt gedacht en wat met dat geld
wordt gedaan, is nodig.
De VOORZITTER zal hier donderdagavond op terugkomen.
De ingekomen stukken worden zonder hoofdelijke stemming met
algemene stemmen overeenkomstig het voorstel van burgemeester
en wethouders voor kennisgeving aangenomen.
Mededelingen
De VOORZITTER deelt mede n.a.v. ingekomen stuk, punt "g", dat
de heer Marcelissen ontslag heeft genomen uit de gemeenteraad.
Spreker wil er graag op een later tydstip nog op terugkomen.
Voorgesteld wordt op een waardige wyze afscheid te nemen.
De heer VAN BEEK merkt n.a.v. punt 1 van de mededelingen op,
dat de hier aangehaalde tekst van artikel niet de tekst is,
die in de verordening staat, dus het lykt nu net alsof de
vragen, die spreker daarover gesteld heeft, niet terzake waren,
maar die waren wel degelijk ter zake. De tekst, die aangehaald
wordt, is juist, maar die wijkt af van de originele tekst in de
verordening. En dat is exact hetzelfde met artikel 255 daar staat
de tekst is thans juist, dat kan best zo zijn. In de eerste ver
ordening was lid 3» sub c onderdeel van artikel 27, dus was
in de eerste verordening het artikel niet juist opgesteld.