- 4 - Gasteren dit durft en kan zeggen. Hij moet ook een beetje begrip kunnen tonen voor een ander vindt ik en geen dingen gaan afkeuren waar ook andere colleges van burgemeester en wethouders aan gewerkt hebben en die zich mi niet meer kunnen verdedigen of antwoorden kunnen geven. Hoe van Gasteren over de opvattingen van zijn collega's raadsleden denkt, raakt kant noch wal. Ik vind, een mens is maar een mens en iedere mens heeft zijn gebrek en fouten. Ook hij. Maar Van Gasteren heeft wel gezegd hoe burgemeester en wethouders het wel moeten dóen en over de rechten van de raad. Hy heeft er bijna twee bladzjjdei aan gewijd. Maar dit was niet moeilijk voor hem, want het waren allemaal woorden van de commissie Merkx, die je in het boekje zo kon lezen. Kijk, mijnheer de voorzitter, als wij het allemaal zo kunnen voorlezen, komen we toch allemaal wel eens in de krant en dat voordeel zit er wel in. In zijn betoog mocht voor de gemeente de tunnel in de Steenstraat geen cent kosten. Dat moet de provincie of het rijk maar betalen. Twee weken later in een informele vergadering is Van Gasteren voor een gemeentelijke bijdrage van drie ton. De rest van de raad vond 2-g- ton genoeg. Kortom, mijnheer de voorzitter, ik ben het niet eens met de visie van de heer Van Gasteren die hij over het beleid van de gemeente geeft. Toch zeker niet op deze manier. Zo ook zijn gezegde: "het zal wel een later- tje worden". Ik vind: teveel afbraak geeft geen gevoel voor samenwerking. Ik waardeer wel zijn durf, maar ik geloof niet dat er onze gemeente mee gediend is. De heer VAN GASTEREN vindt het betoog van de heer Jansen buiten de orde. De begrotingsbehandeling is vorige maand geweest. Toen had men kunnen reageren. Spreker vindt dat de rede van het C.D.A. kant nofih wal raakt. Als de heer Jansen de notulen goed heeft gelezen, dan had hij ook kunnen lezem, dat er een passage in de notulen staat, dat spreker wel degelijk begrip heeft voor^de situatie en spreker op bepaalde punten soepel is geweest. Het is nieuw in deze raad, dat een raadslid een algemene be- s-otoeawing houdt. De VOORZITTER valt in de rede, dat dit al minstens 3 4 jaar gebeurt. De heer VAN GASTEREN vervolgt, dat hij blij is dat de voorzitter hem in de rede valt (hij had het verwacht van de heer Jansen). Spreker zegt verder, dat gemakzucht van burgemeester en wethouders duidel™ is bewezen, gezien het feit, dat de investeringsnota niet behandeld is geworden de afgelopen vergadering -daar sloeg de bemerking gemakzucht op-. De feiten spreken voor zich. Burgemeester en wethouders hebben dat ook ingezien, omdat nu de inves teringsnota uitgebreider wordt voorgelegd. Met betrekking tot het tunneltje is de heer VAN GASTEREN voorstander van •daaie toil en zelfs meer, omdat spreker vindt, in tegenstelling tot de C.D.A.-fractie, mensenlevens niet met geld zijn te betalen. De VOORZITTER zegt met betrekking tot de investeringsnota, dat deze voor burgemeester en wethouders duidelijk was, doch spreker kan er inkomen dat de raad een nadere specificatie verlangde. De heer VAN BEEK heeft respect voor de heren, die hun eigen straatje wil len verdedigen, doch de behandeling van de notulën :is aan de orde. Spreker stelt voor de agenda te hanteren en de notulen te behandelen. De heer VAN GASTEREN memoreert de op bladzijde 2 genotuleerde procedurele fout bij de stemming over de beslissing op het beroepschrift van Braat inzake bouwvergunning en vraagt of er nog iets aan gedaan wordt die fout te herstellen. De VOORZITTER stelt dat het voorstel van zwaarste orde eerst.e433E®temming wordt gebracht en dit is ter beoordeling van de voorzitter. De heer VAN GASTEREN merkt hierbij op, dat er ook andere standpunten waren en vraagt of burgemeester en wethouders zich hierover hebben beraden.

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1979 | | pagina 276