- 55 -
het Ministerie van Buitenlandse Zaken, ze gaan door de
douane onder verantwoordelijkheid van het Ministerie van
Justitie en worden aan de andere kant opgevangen door het
Ministerie van C.R.M.. Als je niet uitkijkt, zou dit natuurlijk
wel eens problemen kunnen geven. Wij hebben contact gehad met
het Ministerie van Volksgezondheid, dat spelen wij door aan de
Regionale Gezondheidsdienst in Roosendaal, dus wij menen dat er
van die kant een goed samenspel is. Omstreeks half september
zullen er waarschijnlijk tussen de 45 en 55 bootvluchtelingen
naar Oud Gastel komen en die zullen hier voorlopig wonen.
Een pikante bijzonderheid daarbij i'Stoen ik vanmorgen weer
het Ministerie van C.R.M. aan de telefoon had, hadden ze
juist weer een telefoontje gekregen dat een Nederlands schip
vannacht weer 62 mensen hadden opgepikt, die mensen mogen niet
aan land en komen rechtstreeks naar Nederland toe. Dit is natuur
lijk wel een geweldige zorg. Er is een krantenbericht verschenen,
waar eigenlijk zoiets in stond van, ja, en dan.neem je die
mensen op en naderhand moet je voor woningen zorgen. Wij hebben dat
vanmorgen (ik heb dat gisteren bij het Ministerie van C.R.M.
doorgesproken) met die vertegenwoordiger van de Stichting
Vluchtelingenhulp uitvoerig doorgesproken. Naderhand hebben wij
in aansluiting daarop de pers uitgenodigd, die dat ook beluisterd
hebben en dus waarschijnlijk met een aangepaste berichtgeving
komen. Wij hebben, en dat moet ik uitdrukkelijk verklaren, géén
enkele verplichting om voor huisvesting naderhand te zorgen.
Men hooptdat men van gemeenten woningen aangeboden krijgt,
maar dat zal natuurlijk niet van de gemeente kunnen komen, waar
170 imensen op de wachtlijst staan, dat zal niet gebeuren.
Maar er is - dat mag ik u zeggen - geen enkele verplichting
en de hoop dat ook op dit punt Oud én Nieuw Gastel iets kan
leveren, is bepaald niet hoog bij de mensen, maar elders worden
er nogal wat huizen aangeboden. Dus dit wil ik héél uitdrukkelijk
even bij u vermelden. Verder is het zo, ik meen namens u te
mogen spreken, dat wij gezegd hebben: we zullen de hulp, die we
kunnen bieden, zullen we ook bieden, we zullen daar erg positief
tegenover staan. Men is daar erg bljj mee, er zal een heleboel
geïmproviseerd moeten worden als plotseling 55 mensen met
nauwelijks namen, met waarschijnlijk nog geen vluchtelingenpaspoort
met helemaal niets. Daar zal heel wat voor georganiseerd moeten
worden. Maar wat ik u nu mededeel, wij zullen dat heel goed
vervolgen, we zullen alle hulp, die we menselijkerwijze kunnen
geven, zullen we bieden, maar we kunnen en zullen daarom ook
geen enkele toezegging doen om deze mensen aan woningen te
helpen, nóg sterker, we hebben gezegd: wat dat betreft zjjn er
in Oud Gastel eigenlijk geen mogelijkheden, men moet daar niet op
rekenen. Dat is gebeurd. Dit is een mededeling. Zo gauw we wat
naders weten, zullen we erover informeren. In deze geest had
de heer Van Beek geschreven.
De heer VAN BEEK wil nog even terugkomen op de strekking aan
het eind van het verhaal (in zijn brief). Spreker wil een
verzoek doen aan de pers om dit stuk publiciteit te geven
aan de problemen die hier omheen zitten, zodat de bevolking
weet wat er aan de hand is.
De VOORZITTER stemt hiermee in. Het is geen discussiepunt,
maar de heer Van Beek heeft de gelegenheid nog een nadere
toelichting te geven.