- 45 -
De VOORZITTER vraagt of de heer Van Beek het hele verhaal
bedoelt of het genoemde onder "a".
De heer VAN BEEK antwoordt hierop:
Iemand, die in het verleden van de gemeente een particuliere
bouwkavel heeft gekocht, wordt afhankelijk van het tijdstip.
Daar worden punten voor afgetrokken. Nu heeft iemand dus een
stuk grond gekocht. Volgens de bouwverordening moet men binnen
een paar maanden gaan bouwen enz. Nu zegt hij: ik wil toch
een stuk grond kopen. Dan haalt hij 68 punten, dan gaan er
maximaal 10 punten vanaf. Hy kan gewoon weer een nieuw stuk
grond gaan aanvragen. Er staat geen clausule in, dat hy dan
niet voor een tweede keer in aanmerking komt, als hij al een
aanvraag heeft lopen.
De VOORZITTER zegt dat het college die zaak op hun gemak wil
bekijken. Het college zal rekening houden met de suggestie,
dat men in principe hiermee door kan werken.
De heer VAN BEEK merkt op, dat het wel uitgesloten moet worden,
dat iemand gaat bouwen en toch genoeg punten overhoudt, weer
voor grond in aanmerking komt.
De heer VAN GASTEREN maakt nog de volgende opmerking:
Het lijkt me namelijk niet onaanvaardbaar waarom niet?
Omdat dit ontwerp, dat hier wordt vastgesteld, betrekking
heeft op gemeentelijke gronden, ik vind het een lacune, nu ik
het hoor, dat mensen, die particuliere bouwgrond kopen,
daar een bouwvergunning op krijgen, toch in aanmerking kunnen
komen voor gemeentelijke grond, met andere woorden, er zouden
hier dus ook min-punten gegeven moeten worden voor mensen die
pas een bouwvergunning hebben gekregen.
De VOORZITTER zegt hierna het volgende:
Het komt erg spontaan over. Ik kan de consequenties niet over-
z;i-en.. vind uw suggesties erg waardevol. Met elkaar moeten we
daar eens op ons gemakje over denken, want u bedoelt met sug
gesties, maar het zijn zeer waardevolle suggesties, die de moeite
waard zyn om even te bekijken. Dat zullen wy zeker doen. Nog
even dit. Op pagina 3 ziet u dat er een in te stellen vertrouwen
commissie zou kunnen komen. Dan moet ik er voor de duidelijkheid
bijv vermeldendat is op voordracht van de commissie Ruimtelijke
Ordening en Volkshuisvesting naar voren gekomen, om toch deze
mogelijkheid naar voren te halen. Wy dachten dat het een goede
zaak was om by zo'n gelegenheid een commissie ad hoe te hebben
en daar nog eens een keer over te gaan praten om zeker te
voorkomen dat er toch bepaalde argumenten niet meegenomen
zouden moeten worden. Vindt u het goed, dat we met uw bemerkin
gen, die we hebben, zeggen dat we hier in principe mee akkoord
gaan?
De heer VAN GASTEREN komt nog even terug op hetgeen hy zo even
vergeten was:
Ik had namelijk een voorstel om een amendement in te dienen
met betrekking tot het eigendomsrecht, namelijk er wordt door
het college gezegd: wij vinden 5 jaar aanvaardbaar, 10 jaar niet.
Ik zou toch voor willen stellen om daar ook 10 jaar van te
maken. Ik heb het nu over het vervreemdingsverbod met betrek
king tot de mensen die een woningwetwoning kopen.
De VOORZITTER antwoordt als volgt:
Nou, wy hebben dat in het college besproken.