- 16 -
met algemene stemmen vastgesteld.
18Rondvraag
De heer JANSEN heeft de volgende schriftelijke vraag ingediend.
Mijnheer de voorzitter. Ik zou u weer willen vragen of er de mogelijk
heid nog is, of bestaat,om de verhuurder in de gelegenheid te stellen
om zijn woning te kopen?
Ik heb deze vraag al meermalen aan Burgemeester en Wethouders ge
steld. Maar toenis er beloofd dat er zo spoedig mogelijk een regeling
getroffen zou worden, want het regelement moest herzien worden, en
dan zou toch de kans blijven bestaan om zo'n woning te kunnen kopen.
Mijnheer de voorzitter, ik denk hier vooral op het sociaal vlak dat
de minder kapitaal krachtige toch de gelegenheid krijgt om een eigen
woning te bezitten.
Er is toch altijd een streven geweest naar bezitsvorming?
Dat u regels stelt, dat misbruik maken onmogelijk is, ben ik volkomen
met u eens. Maar daar moet een ander die goed wil en die de r^Als
wel na komt, niet onder kunnen lijden.
En juist voor diemensen moet deze gelegenheid geboden kunnen worden.
Er zijn immers in het verleden al veel woningen verkocht
En ik geloof dat die mensen toch ook dankbaar zijn geweest, dat ze
een klein bezitje konden vormen.
Mijnheer de voorzitter, ik hoop dat u mijn bedoelingen begrijpt.
Ik begrijp zelf de moeilijkheden waar de wohingbouwstichting mee te
doen krijgt.
Maar we moeten toch samen, vind ik, vertrouwen kunnen hebben in el
kaar
Ik vraag nogmaals: wil daar de woningbouwstichting aan meewerken?
De VOORZITTER kan mededelen dat de woningstichting vorige week
heeft besloten om terzake een beleidsnota op te stellen in overleg
met alle gemeenten die met de woningbouwstichting samenwerken, coni
form de eis van de minister.
In principe is besloten om een gelijk aantal woningen te verkopen
dan nieuw worden bijgebouwd.
De heer VAN BEEK vraagt of een termijn genoemd kan worden, wanneat
hiermede wordt begonnen.
De VOORZITTER deelt mede, dat de genoemde beleidsnota bij de minis
ter voor 1 september 1979 ingediend moet zyn.
Het komt spreker voor dat mogelijk nog eind dit jaar de eerste wo
ningen verkocht zouden kunnen worden.
De VOORZITTER zegt toe nader te informeren wanneer de verkoop een
aanvang zal kunnen nemen.
De heer VAN GASTEREN vraagt of genoemde beleidsnota aan de raad
zou kunnen worden voorgelegd.
De VOORZITTER bevestigt dit. De raad moet beslissen of met de be
leidsnota akkoord wordt gegaan.
Toespraakje voorzitter tot wethouders Gelijns
De VOORZITTER zegt het volgende.
Ik wil hier een woord van dank spreken aan collega Gelijns, die ons
als wethouder goed en prettig heeft bijgestaan in de maanden van de
burgemeestersvacature
Mijnheer Gelijns, vanaf deze plaats nog hartelijk dank voor uw goede
inbreng.
De heer GELIJNS dankt de voorzitter voor de vriendelijke woorden,
