4 -
1978, de datum tot wanneer uiterlijk de openbare school in het
ontmoetingscentrum gehuisvest zal worden.
De VOORZITTER kan. mededelen naar aanleiding van de ervaring met
de firma die het gebouw levert, dat dit mogelijk is. Het kerkbe
stuur heeft ex1 geen bezwaar tegen, dat in afwachting van het
voorliggende ontwerp)besluit met de werkzaamheden mag worden
begonnen.
Straks komt er een kredietaanvrage voor de school, maar het
kan dan van de zijde van de raad weer tot de opmerking aanlei
ding geven, dat het krediet eerst gevraagd had moeten worden.
Er zijn momenteel nog niet voldoende financiële gegevens voor
een kredietaanvrage. De VOORZITTER vraagt de raad toch met de
werkzaamheden te mogen beginnen en bij voorbaat straks het kre
diet voor het gebouw te willen goedkeuren.
De heer VAN MERRIENBOER vraagt van wie het iniatief is uitgegaan
cm tot ruiling te komen.
De VOORZITTER deelt mede, dat het kerkbestuur heeft verzocht om
op de hoek Mgr. Meeuwissenstraat/Dreef een nieuwe pastorie te
kunnen bouwen.
De heer VAN MERRIENBOER merkt op, dat indien de gemeente de hoekt
Dreef/Mgr. Meeuwissenstraat had gehandhaafd, eerder met de bouw
had. kunnen worden begonnen en de* onderhavige ruiling niet plaats
had behoeven te vinden.
De VOORZITTER bevestigt dit, doch uit het gestelde van de voor
zitter is duidelijk waarom het tot de voorliggende ruiling is ge
komen O
Het zou getuigen van onbehoorlijk bestuur, als met de wensen van
het kerkbestuur geen rekening zon worden gehouden indien de mo
gelijkheid aanwezig is.
De heer VAN MERRIENBOER vindt het ook jammer, dat de gemeente nu
in de past or ie tuin de openbare school tijdelijk sticht, terwijl de
gemeente andere plannen heeft met deze grond.
De VOORZITTER licht toe dat op dit moment geen andere weg bewan
deld kon worden. Het ligt wel in de bedoeling de rest "rond" te
krijgen met het kerkbestuur binnen niet al te lange tijd.
De voorliggende transactie is aanleiding te mogen ver-onderstellen
dat ten aanzien van de overige grondtransactie overeenstemming
zal kunnen worden bereikt.
De heer VAN MERRIENBOER vermeldt nog dat de stichting van de
openbare school, dit wil zeggen, het oprichten van het gebouw
wordt vertraagd, waardoor enige maanden, tot 1 november 1978,
gebruik gemaakt moet worden van het ontmoetingscentrum, hetwelk
niet wenselijk is.
De VOORZITTER vindt het evenmin een "hoera"-situatie om van het
ontmoetingscentrum gebruik te moeten maken, doch het is noodzake
lijk.
De heer VAN MERRIENBOER vraagt of de definitieve bestemming van
de openbare school op dezelfde plaats zal blijven. De VOORZITTER
vindt dit een moeilijke vraag, doch het is niet uitgesloten dat
de gemeente niet daar de definitieve bestemming zal zoeken.
Spreker gaat hierop niet verder in.
Mevrouw HENDRICKX vraagt, dat, indien het schoolgebouw op 1 no
vember 1978 niet gereed is, het bestuur van het ontmoetingscen
trum bereid is de termijn van gebruik te verlengen.
De VOORZITTER zegt, dat het bestuur in principe niet bereid is
de termijn te vei-lengen. Onvoorziene omstandigheden voorbehouden
moet het mogelijk zijn, dat het gebouw vóór 1 november 1978 gerea
liseerd zal zijn.