- 30 -
Het is van belang, dat we onze plaatsen niet laten lijden door de
achteruitgang van de bevolking.
De voorzieningen moeten op peil worden gehouden.
De aanvang van de werkzaamheden van het Hoogheemraadschap West-Bra
bant terzake van de afvalwaterzuivering wil spreker door genoemd
waterschap, zo dit wordt gewenst, schriftelijk laten bevestigen.
Het waterschap zal dit zeer zeker doen.
Het college heeft zwaar de vinger aan de pols bij verkoop van bouw
grond, als speculatie zou kunnen worden beoogd.
Ook degenen met lagere inkomsten komen aan hun trekken» Er zijn
gedifferentieerde prijzen in bestemmingsplannen, conform de richt
lijnen van de minister. Voor de laagste inkomens zijn de woningwet
woningen met de laagste grondprijzen, welke kunnen worden gehuurd.
De VOORZITTER heeft de op- en aanmerkingen van de heer Van Gasteren
s erieus genomen en het college zal trachten in redelijkheid, ondanks
cle felle kritiek, hieraan aandacht te besteden. t
Met betrekking tot het instellen van het vragenhalfuur van de pu
blieke tribune in de raadsvergaderingen kan niet meteen een beslis-j^
sing worden genomen. Dit is ook een aaagelegenheid van de raad.
De meningen zullen hierover gepeld moeten worden.
Of de begroting in verkorte vorm aan de bevolking moet worden toege-
2onden is eveneens een aangelegenheid van de raad.
De heer VAN GASTEREN heeft bij de antwoorden duidelijk positieve ant-
ioorden gezien, andere antwoorden waren wat vaag. Spreker is zich
1ewust dat het een veelheid van vragen was en kan er begrip voor
c pbrengen voor de wijze waarop deze beantwoord zijn.
De vraag is blijven liggen ten aanzien van de verdeling van de
JÜMfctefeuilles van de wethouders, temeer omdat er destijds andere af
spraken zijn gemaakt.
bet draagkrachtbeginsel van gemeentelijke belastingen moet blijkbaar
vorden vergeten en is van de tafel geveegd. Spreker zou graag willen
veten op grond van welke overwegingen is besloten het draagkracht
beginsel uit te sluiten.
Ie verdere belastingpolitiek vindt spreker indruisen tegen het begin
sel dat de rijksoverheid voor ogen staat. De gemeente vraagt 8\°/o
i einigingsrechtenk°/o onroerend-goedbelastingDit is zeker niet
ce bedoeling van de rijksoverheid. Spreker vindt het jammer dat hiei»
riet uitvoerig is ingegaan.
Spreker merkt ten aggizien van het antwoord van de trendmatige ver
hoging op, dat dit jant antwoord was met betrekking tot het salaris
van het gemeentepersoneelDit is duidelijk misgegrepen. Het ging
ever belastingverhogingen
Spreker vindt het jammer dat tengevolge van een inïhet verleden
opgedane ervaring met betrekking tot inspraak, de bevolking niet
ireer wordt betrokken bij de invulling van bestemmingsplannen.
Spreker stelt voor om het dan toch maar weer te proberen.
Spreker gaat nog in op de verplichting tot het vaststellen van een
exploitatieverordening en wil graag weten hoe de stichtingskosten
t otstandkomen
Spreker vindt het fijn dat er aan beleidsplannen gewerkt gaat worden.
Spreker heeft er begrip voor, gezien de verandering in het college,
dat niet alles kan. Men moet er echter voor waken, dat de voorzitter,
als niet gekozen door de bevolking, een te grote invloed gaat krijgen
op het gebeuren. Spreker ziet niet in te moeten wachten om een en
ander te gaan voorbereiden. Het is een duidelijke zaak van het huidige
college met de huidige raad.
Net betrekking tot de openheid vindt spreker het antwoord vaag.
Spreker meent te moeten beluisteren dat de voorzitter er wel
toe bereid is. Spreker hoopt dat dit niet binnen al te lange tijd
verwerkelijkt zal worden.