- 7 -
weikes nog duren?
Hopelyk brengt 1979 uitkomst. Ook bet dienstenpakket zal op peil
moeten blyven voor onze mensen, vooral voor onze bejaarden. Want
een eigen woonomgeving is altyd beter1 dan ze in bejaardencentra
s t opp en
Vandaar gaat onze voor-keur uit naar bouw van een dienstencentrum
met verzorgingsmogelijkheid voor bejaarden. Ook bet onderwys waar
mee we op de goede weg zijn zal goed in bet oog gehouden dienen
te worden, zodat gelijkheid en kwaliteit van onderwijs geboden blyft.
Ook de bouw van een nieuwe bibliotheek is dringend gewenst. We
hadden ze graag, zoals vier jaar geleden reeds gezegd, tegelijk met
het ontmoetingscentrum gebouwd. Tot slot wil ik de aandacht vragen
voor de gebrekkige verkeerssituaties en verkeersveiligheid, in
onze gemeente.
Heel de gemeente ligt zowat overhoop wat dat betreft. Hoe ver staat
het met het beloofde verkeersplan? Wat gebeurt er op het gevaarlijke
kruispunt Rondweg-Steenstx-aatKomt daar nu toch de fietsers-voet
gangerstunnel? En hoe lang gaat dat nog duren. Mijnheer de voorzitter,
by deze korte beschouwing wil ik het laten. Getallen en cyfers heb
ik bewust weggelaten, omdat men anders in herhalingen vervalt, die
heb ik in het preadvies en in de begroting zelf duidelijk genoeg
teruggevonden.
Ik dank u namens de werkgroep Oud Gastel-Stampersgat.
De VOORJSITTER geeft hierna het woord aan de heer Van Gasteren,
De heer VAN GASTEREN houdt de volgende toespraak.
Mynheer de voorzitter, éénmaal in het jaar- krijgt de raad gelegen
heid zyn visie m.b.t. de door- het college aangeboden begr-oting
en beleidsplannen te geven. Eenmaal in liet jaar en daar wil ik
als representant van de Party van de Arbeid gx-aag ruimschoots ge
bruik van maken. Ik weet zeker, mijnheer de voorzitter, «tit umy hier
voor de gelegenheid wilt geven.
Alvorens mynheer de voorzitter, op de begroting in te gaan, wil
ik éérst in het naaste verleden duiken en enige - voor onze gemeente
- historische gebeurtenissen optekenen.
Bovendien wil ik graag, mijnheer de voorzitter, de bestuurlijke
verhoudingen in de gemeente aan de orde stellen.
De verkiezingen voor de gemeentex-aad dit jaar, mijnheer de voor
zitter, heeft een doorbraak opgeleverd van de landelyke partyen.
Gevolg daarvan was, mijnheer de voorzitter, dat zowel het G.D.A. en
V.V.D. als mijn partij, de Partij van de Arbeid, in de gemeenteraad
vertegenwoordigd zijn.
Het C.D.A., mijnheer1 de voorzitter, nam - als grootste fractie -
het initiatief tot de vorming van een coalitie. Na de nodige - naar
myn opvatting - betreurenswaardige verwikkelingen mynheer de voor
zitter, werd er dan toch een coalitie gevormd die het meest recht
deed aan de democratische verhoudingen. Met recht kan dan ook van
een afspiegelingscoilege gesproken worden.
De P.v.d.A., mynheer de voorzitter, heeft zich van meet-af-aan op
het standpunt gesteld, dat niemand uitgesloten mocht worden van
samenwerking binnen de raad en het college. Dat meent zy nog
steeds
Het is dan ook verheugend te noemen dat - op basis van programver-
gelijking - een coalitie-accoord kon worden gesloten, waarin óók
de P.v.d.A. samenwerkt.
Mijnheer1 de voorzitter, dat samenwerken naar myn opvatting niet
behoeft te betekenen, dat het besturen van deze gemeente door dit
college van burgemeester en wethouders, kritiekloos moet worden
