- 4 -
De heer VAN GASTEREN wijst op een typefout in het preadvies.
Se aanhaling van artikel 2* van het Besluit geldelijke steun volkshuds-
Zonder^hoofdelyke stemming^wordt met algemene stemmen overeenkomstig
het voorstel van "burgemeester en wethouders besloten.
7. Vaststelling vergoedingsbedrag per leerling voor het byzonder
Tagsr onderwüs en het bijzonder buitengewoon onderwas voor het
1Q79 met een gelijktijdig verzoek aan de minister van On
derwijs en Wetenschappen om toepassing van artikel ^qua er van.
Lager-onderwiiswet 1920 (classificatie™?.; -1.851.2.07-2j
a(preadvies nr.: 78.10&J
De heer SWEERE heeft zich gerealiseerd dat de schoolstrijd in de gemeen-
tp Oud en Nieuw Gastel volledig is losgebrand.
Spreker memoreert dat de landelijke strijdbijl rond het onderwys precies
vLiafai9201enenog6?ele jaren daarvoor is er in onze gemeentealleen
behoefte geweest aan katholiek onderwys. Natuurlijk waren er inwoners
met een andere geloofsovertuiging dan de katholiekeDeze
den het geen probleem een school in een naburige gemeente te laten be
zoeken. Het kwam ook voor dat deze kinderen de plaatselyke katholieke
school bezochten. L
De VOORZITTER merkt op dat dit betoog buiten de orde is
heer SWEERE wil helmen, dat het gemeentebestuur aan de ene kant
wpI vindt dat de vrijheid van onderwys een groot recht is, anderzyas
gitdeïa^-ondlrïflewet 1920 uit van de finanoiele gelijkstelling van
het openbaar en het bijzonder onderwijs. Daarom vindt spreker dat zy
toog wel aan de orde is. v,„v„a11T+ mron
De VOORZITTER is van mening dat het voorliggende voorstel han
de vaststelling van het bedrag per leerling en niets te maken heeft
de gelijkstelling van het openbaar en het bijzonder onderwys.
De VOORZITTER geeft de heer Sweere wel gelegenheid zyn betoog te ve -
volgen, met de aantekening, dat ais het wordt voortgezet in dezelfde
Deahir"sSERfSpikt sioh tot artikel 55<!uater, hetwelk aan de orde
is gekomen ten behoeve van mensen die goedkope woonruimte zochten van
buiten de gemeente. De autochtone bevolking omvat 98%. De autochtonen
hebben nauwelijks behoefte aan een openbare school. De stichting van de
openbare school heeft wel ongeveer 350.000,- gekost. Dit beteke
De VOORZITTER wijst er op, dat de stichting van de openbare school bij
raadsbesluit aan de orde is geweest en de genoemde overwegingen a
de orde zijn geweest. ...i
De heer SWEERE citeert uit het preadvies dat toepassing van artikel
55quater wordt toegepast opdat byzondere scholen op onredelyke ^e ten
koste van de gemeentekas zouden profiteren, aangezien het kostenbedrag
per leerling van de openbare school aanzienlijk afwykt van het bedrag,
dat voor de redelyke behoeften van een in normale omstandigheden verke
rende school in de gemeente redelijk is te achten. Tegelyk wordt vermeld,
dat het ook wel eens andersom kan uitpakken. Te denken aan de nieuw ge
bouwde, weinig onderhoudskosten vragende openbare school en de grote
onderhoudskostenvragende bijzondere scholen.
Bij toepassing van artikel 55quater moet dit hard gemaakt worden by de
minister, die hieromtrent moet beschikken.
De VOORZITTER wijst er op, dat de aanvrage op grond van artikel 55<iuat
tegelijk moet gebeuren met de vaststelling van het bedrag per leerling
ex artikel 101. Aanvraag nadien kan niet meer. Telkenjaren kan opnieuw
toepassing worden gevraagd van artikel 55quater.
De heer SWEERE vindt het niet bij benadering kunnen vaststellen van
