- 17 - Volgno. 106 De heer AKKERMANS heeft met verwondering kennisgenomen van het ant woord van burgemeester en wethouders met betrekking tot de verkoop van de oude brandweerauto. Het college erkent, dat het niet helemaal juist is verlopen. De VOORZITTER geeft toe, dat als alle feiten tevoren bekend zouden zijn geweest, de gang van zaken anders gelopen was. Het college is afgegaan op de verkregen mededelingen. Er is niet gedacht aan een advertentie plaatsen en een voorwaarde te stellen van niet te mogen doorvérkopen. Mevrouw AKKERMANS vraagt of de oude auto is aangeboden om in te rui len. De VOORZITTER bevestigt dit. De leverancier van de nieuwe wil de oude niet terug. In de onderhandeling is er over gepraat. Gesteld werd, dat bij particuliere verkoop een hogere opbrengst zou worden verkregen. Mevrouw AKKERMANS merkt in het algemeen op, dat bij inruil aandacht moet worden geschonken aan een zo hoog mogelijke opbrengst. De VOORZITTER is het hiermede eens. De heer MOERINGS weet van de opbrengst van de oude brandweerauto iets van. Spreker zegt, dat geruchten, dat winst gemaakt zou zijn bij door verkoop van de oude auto, onjuist zijn. De oude auto was niet veel waard. De pomp is door de eerste koper behouden, als nuttig gebruiksartikel. De heer AKKERMANS is erg tevreden met het antwoord van de heer Moerings. Volgno. 118 De neer AKKERMANS daclrr^e commissie een goede noot aan de vrijwillige brandweer heeft gegeven door op te merken dat de raming van de posten nagenoeg gelijk is gebleven. Nu blijkt het toeval te zijn. De VOORZITTER licht toe, dat jaarlijks die kosten worden geraamd welke nodig zijn voor aanschaffingen in het begrotingsjaar. Het ene jaar kan het meevallen. Het andere jaar tegenvallen. Volgno422 Mevrouw HENDRICKX is erg content met het antwoord terzake van de Cen- trale-Antenne-inrichting. Dit zou als algemene informatie aan de be volking kenbaar moeten worden gemaakt. De VOORZITTER zal hier aandacht aan schenken. Mevrouw AKKERMANS merkt, dat de plaatselijke parochieblaadjes lang niet overal meer worden gelezen. Publicatie dient dan mede op andere wijze te geschieden. De VOORZITTER gaat verder over tot behandeling van de begroting over het dienstjaar 1978. De VOORZITTER vraagt of hoofdstuks- of artikelsgewijze behandeling wordt verlangd. Niemand geeft hiertoe zijn wens te kennen. De VOORZITTER geeft hierna de gelegenheid verdere vragen te stellen ten aanzien van de begroting. Volgno. 124 De neer DEJONGH heeft geconstateerd dat de vervanging van lampen voor de openbare verlichting voor 1978 een besparing van 10.000, oplevert, terwijl er toch meer lichtmasten zijn. De VOORZITTER licht toe, dat voor vervanging van lampen een schema is opgesteld. Het ene jaar vergeleken met het andere kunnen er meer of minder lampen vervangen moeten worden. Ook speelt het al dan niet geconcentreerd liggen van lampen een rol voor de kosten van vervanging. De VOORZITTER merkt verder nog op, dat in verband met de zomertijd min der branduren eveneens een rol kunnen spelen. Spreker heeft onlangs een overzicht gezien van de mindere kosten voor de openbare verlich ting in verband met de zomertijd. Het is spreker zeer verbaasd doen staan, dat de kosten zoveel minder waren. Dat voor 1978 eenzelfde aantal verbruikte Kwh is geraamd houdt ver band, enerzijds met minder branduren, anderzijds met de uitbreiding van het aantal lichtmasten.

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1977 | | pagina 144