De heer AKKERMANS vindt het rentepercentage van de geldlening aan de
hoge kant. De VOORZITTER zegt, dat de aanbieding dateert van 11 ok
tober 1977. De Bank voor Nederlandsche Gemeenten heeft altijd op de
bres gestaan voor de gemeenten, ook in moeilijke perioden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
12. Wijziging gemeenschappelijke regeling Mytylschool classlflcatle-
nr.: -1.851.244)
(preadvies nr.: 77.120)
Zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
13. Medewerking ingevolge artikel 72 van de Lager-onderwiiswet 1920
t.b.v. aanschaffing leermiddelen voor Individueel onderwijs
voor de basisschool De Steiger te Stampersgat classificatie-
nr.: -1.851.2/07.2)
(preadvies nr.: 77.121)
Zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
14. Rondvraag
a. De heer DE JONGH heeft-de volgende schriftelijke vraag voorgelegd.
Graag zou ik in de openbare raadsvergadering van woensdag d.d. 26
oktober 1977, de volgende vraag aan de orde gesteld willen zien.
Tijdens de informele raadsvergadering van dinsdag d.d. 4 oktober 1977,
inzake de landelijke gebieden, is het voor mij duidelijk geworden dat
indien de gemeente Oud en Nieuw Gastel landbouwgebied zal moeten
blijven er op grotere schaal dan op gemeentelijk niveau aan de ruimte
lijke ordening gewerkt dient te worden.
Dit niet alleen in het belang van de gemeente Oud en Nieuw Gastel
maar van al die gemeenten, die in de nota landelijke gebieden zijn
aangewezen om zich te ontwikkelen met als hoofddoel de landbouw.
Het is daarom ook dat voor het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant
hier een coördinerende taak zou kunnen liggen.
Maar het zou dan wel rekening dienen te houden met de nu bestaande
ruilverkavelingsplannen.
Om de landbouw in de gemeente Oud en Nieuw Gastel een zo goed moge
lijke ontwikkeling te kunnen bieden zullen de aan te leggen verbindin
gen, in het wegenplan van de Provincie Noord-Brabant no. 48-7, achter
wege dienen te blijven, (aansluiting Rijpersweg op Zoomweg)
Ook de aanleg van het Mark/Vliet-kanaal dient in het belang van de
landbouw opnieuw bekeken te worden.
In de samenvatting van de nota landelijke gebieden van het Streekgewest
Westelijk Noord-Brabant staat verder dat onze gemeente genoodzaakt zou
zijn om het vestigingsoverschot tot nul te doen dalen, dan wel een ver-
trekoverschot te bereiken.
Dit lijkt mij voor de gemeente geen gelukkig toekomstbeeld.
Deze stelling zou voor onze gemeente in kunnen houden dat we zelfs
voor de eigen bevolkingsgroei geen woongelegenheid meer zouden mogen
scheppen.
Dit vooruitzicht zou ik graag ongedaan zien worden gemaakt.