T - 13 - Theoretisch zijn er bepaalde subsidiemogelijkheden. Spreker memoreert nogmaals, evenals in vorige vergaderingen is gesteld, dat indien er een ontmoetingscentrum moet komen, dat hier van de consequenties moeten worden aanvaard, ook de financiële zijde. Dus ook dat de bevolking er wat voor over dient te hebben. De heer RUIJTEN ervaart het als een teleurstelling, dat de gehele investering door de gemeente zelf moet worden opgebracht. De VOORZITTER wijst er op, dat dit al eerder aan de raad bekend was. Toch vraagt de heer RUIJTEN zich af, of er toch nog niet een moge lijkheid is een subsidie van C.R.M. te verkrijgen. De VOORZITTER wijst er op, dat destijds de gemeente op de lijst van subsidie heeft gestaan en bij de beknotting van het subsidie voor de provincie Noord-Brabant het ontmoetingscentrum is geschrapt. De heer RUIJTEN vraagt hierop aansluitend of er niet meerdere kana len zijn om subsidie te verkrijgen. Dit komt vaker voor. De VOORZITTER deelt mede, dat dit in het onderhavige geval niet mogelijk is. Spreker herhaalt de mogelijkheid van projectsubsidies, doch deze moeten individueel worden bezien. Dit is van te voren niet bekend. Spreker heeft omtrent deze aange legenheid een bespreking hierover op het ministerie. Dit is ook voor de gemeente van belang om te weten welke voor stellen dienen te worden gedaan voor belastingverhoging. De heer RUIJTEN kan er wel mee meegaan dat men er iets voor over moet hebben, dat men iets moet bijdragen, doch spreker is er ongerust over, dat deze bijdrage wel erg hoog zal worden. De VOORZITTER vermeldt nog, dat de gemeente Oud en Nieuw Gastel in de provincie Noord-Brabant destijds met de laagste belasting heffing uit de bus kwam. Op dit moment is dit wel wat gekeerd, maar toch nog niet op het peil, dat vele andere gemeenten al hebben bereikt. Men moet hiernaar geleidelijk toegroeien. De laatste tijd zijn..er wat belastingen verhoogd. Niet alle belastingen mogen onbeperkt worden verhoogd. De VOORZITTER bevestigt de opmerking van de heer RUIJTEN, dat de verhoging van de belastingen hoofdzakelijk zal liggen by de on- roerendgoedbelasting. De VOORZITTER merkt nog op, dat de onroerendgoedbelasting bepaal de beperkingen heeft. Een maximale heffing en een verhouding van eigenaar tot gebruiker. De gemeente Oud en Nieuw Gastel zit met het tarief van de onroerendgoedbelasting een stuk beneden vele andere gemeenten. De VOORZITTER memoreert, dat bij het samenenstellen van de inves teringslijst bij de begroting de raad zich ook moet realiseren dat het geld kost. Naar verhouding van de prijsstijgingen bljjft de uit kering uit het gemeentefonds achter. Wel kunnen mooie en prachtige wenslijstjes worden opgesteld, doch zonder aanwijzing van dekkingsmiddelen kan er niets worden uitge voerd. De gemeenteraad moet beoordelen wat er gebeurt. Ook kan het voor stel van de heer Jansen, een gedeelte van het object uitvoeren, worden overgenomen. Hierbij moet dan wel in acht worden genomen, dat het extra geld gaat kosten. Wanneer het voorstel van de heer Jansen wordt gevolgd, dan kost de eerste fase 100.000,-- méér. De tweede fase in een later stadium gaat dan 375*000,-- méér kosten. Samen derhalve 475.000,--.

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1976 | | pagina 97