vestigingen te kunnen voorkomen, heigeen tot op heden gelet op de huidige bepalingen niet mogelijk was. Duidelijk is dus wel dat men van hogerhand, juridisch gezien, sluitende bestemmingsvoorschriften zonder meer noodzakelijk acht en ik meen dat dit inderdaad volkomen juist is. Ook wordt gewezen op de verkeersproblemen die ontstaan bij een dergelijke vestiging. Tenslotte hebben minister Gruyters en staatssecretaris Hazekamp een procedure voorgesteld die zou moeten worden gevolgd; 1. gedeputèerde staten worden betrokken bij een concrete vestigiqg; 2. bedrijfsleven en gemeente moeten worden geraadpleegd 3advies van de rijksmiddens tandc onsulent aanvragen; 4. distributie-planologisch onderzoek is verplicht; 5' bestemmingsplan vaststellen indien nog niet gebeurd; 6. minister van Volkshuisvesting kan ingxhjpen. en nog erbij kan horen: inschakelen van C.I.M.K., dit is het Centraal Instituut van het midden- en kleinbedrijf, een instituut dat al of niét met de Kamer van Koophandel een distributie-planologisch onderzoek verricht. In feite gebeurt dit op diverse plaatsen. Dit alles, naar aanleiding van deze brief die dus de (opvatting weer spiegelt van de Centrale Landelijke Overheid. Ze is dus geen uitvinding van de Middenstand of Bedrijfsleven! Wat het onderhavige geval betreft, we spelen bovendien bij goedkeuring in de kaart van een bedrijf, dat in feite gebonden is aan een zgn. Multi-national. Het is in feite een arm van die poliep waar de progres sieve groepen zo'n bezwaar tegen hebben en die terecht veel kritiek krijgen van bijna alle politieke partijen. En die steun gaat dan ten koste van de gevestigde detailhandel, ook in de omgeving. Detailhandel, die meer dan dit grootbedrijf gericht is op de individuele bediening en waar het menselijk element overheerst. Dit laatste is dan misschien wel groepsbelang, maar het is niét onbekend voor u, dit bestaan van de Buurtwinkel en Boetiek. Nu wil ik niet ingaan op een in een krant in groot kader verschenen beschuldiging van enn Vakbondsman over het so ciaal beleid van dit bedrijf. Het antwoord kwam al de volgende dag en het werd ontkend. Dan hebben we een goed geredigeerd en keurig schrijven van de firma Intramast ontvangen. Daarin wordt het standpunt van deze firma duidelijk gesteld. Dat mag. Het is hun eigen belang en daar mogen ze voor op komen. Xk wil de laatste zijn om dit sympathieke bedrijf, waar we allen grote bewondering voor hebben af te vallen. Natuurlijk belichten ze hun zaak vanuit hun eigen visie. En natuurlijk zijn enkele argumenten tegen-^ overgesteld aan onze opvatting, maar dit is normaal bij een discussie. Zo beloven ze bijvoorbeeld nog een grotere omzet voor de bestaande zaken! Dit argument is ietwat gezocht en een lachertje! Wij beweren het tegen overgestelde. Toch staat er een belangrijke mededeling in deze brief; n.l. het cash en carry bedrijf wil er een verdeelcentrum inrichten. Daar is geen enkel bezwaar tegen, het levert arbeidsplaatsen op en ze hebben zelfs de toestemming van de gemeenteraad niet nodig om dit op te zetten en te exploiteren. Ik zou er blij mee zijn en ze krijgen zonder meer mijn zegen! Maar nu stellen ze wel dat dit niet zou lukken zonder een detailhandelsafdeling waarvoor dan dit bestemmingsplan zou moeten worden aangepast. Ik vind het een grote vraag of dit verdeel centrum alleen zou kunnen functioneren als er een detailverkoop aan wordt gekoppeld. Dit is natuurlijk niet waar en ik vind het een vorm van chantage van dit cash en carry bedrijf om de vestiging van een detailhandel af te dwingen met de belofte van een overslagbedrijf. Dit is niet fair en waarschijnlijk niet juist. En wat er nog meer niet juist is, mijnheer de voorzitter, daar wil ik straks in tweede termijn graag op terugkomen.

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1976 | | pagina 39