- 19 -
De VOORZITTER licht toe, dat de huur van het zwembad bepaald wordt
op basis van de kapitaallasten. De definitieve stichtingskosten zijn
echter nog niet bekend» Van de D.A.C.K. moet ook nog een bedrag
worden ontvangen.
De raming op volgno. 35 betreft de huur.
Aan de hand van de beschikbare gegevens is de huur voor 1977 ge
raamd.
Direct hiermede verband houdend wordt het tekort (volgno. 174) aan
gepast aan de te betalen huur.
Volgno. 204
Mevrouw AKKERMANS vindt dat het welstandstoezicht voor bouwwerken
niet altjjd in goede aarde valt. Er wordt niet altijd een dienst
bewezen. Men moet lang wachten en er zijn vaak opmerkingen welke
mogelijk niet relevant zijn.
Voor heel veel mensen is op dit punt het bouwtoezicht een doorn
in het oog.
De VOORZITTER voegt hier aan toe, dat het welstandstoezicht ver
plicht is.
Het welstandstoezicht is altijd een ietwat moeilijke zaak.
Toen de gemeenten het niet verplicht waren alle bouwwerken door te
zenden om advies, werden de plannen door het college van burgemees
ter en wethouders beoordeeld. Vrijwillig werden dan plannen doorge
zonden om beoordeling omdat het vaak moeilijk is een oordeel te vellen.
Het is een gegeven, dat over eenzelfde plan verschillende oordelen
kunnen worden gegeven.
Spreker memoreert, dat vaak afschuwelijke lelijke gebouwen worden in—
gediend. De bouwers moeten dan wel worden begeleid. Hier moet dan
zeker welstandstoezicht worden ingeschakeld. Er moet dan getracht
worden er samen iets van te maken.
In de praktijk gebeurt dit ook.
Van gemeentewege wordt zo nodig geadviseerd met bouwtoezicht contact
op te nemen omtrent het bouwplan.
Ook de welstandscommissie komt ter plaatse kijken of het plan past
in de omgeving. Vroeger deed met het plan aan het bureau af.
Op deze wijze wordt wel degelijk recht gedaan aan de belangen van de
mensen. Het kan uiteraard pijnlijk aankomen, als een plan niet de
goedkeuring kan verkrijgen. Dit kan toch in het belang van de bouwer
zijn.
Het zal ook wel eens overdreven zjjn. Men mag er toch van uitgaan dat
de beoordelaars verstand van zaken hebben.
Het komt herhaaldelijk voor, dat de bouwers in overleg met de welstands
commissie tot interessante oplossingen komen.
Mevrouw AKKERMANS blijft een kanttekening plaatsen bij het functioneren
van het welstandstoezicht.
Volgno. 322
De heer AKKERMANS constateert dat de schoolbaden zijn teruggebracht
tot 120.
De VOORZITTER zegt dat dit in de lijn van de verwachtingen ligt.
Destijds is overleg gepleegd met de inspecteur van de lichamelijke
opvoeding, met betrekking tot het schoolzwemmen. Verzocht is toen
nog enkele jaren het schoolzwemmen mogelijk te maken. Het is namelijk
een aflopende zaak. Het is praktijk geworden, dat kinderen al voor ze
voor schoolzwemmen in aanmerking komen, reeds kunnen zwemmen en di
ploma's behaald hebben.
