I - 7 - dier en plant één zijn in hun uiting van geluk, van liefde, van genegenheid ten opzichte van elkander en met een blik in de toekomst, zodat mede bewaarheid mag worden voor u jonge Gastelaren dat de toekomst is vol vrijheid, vol blijheid, maar ook bruisend van aktiviteit opdat het zijn van nu in alle op zichten verder kan worden ontwikkeld tot een blijvende, levende, gezonde en krachtige gemeenschap. Moge het zo zyn en ik hoop dit van ganser harte en in die ver wachting wens ik u allen toe: Vier feest, vier waardig feest, groots en stijlvol met een terugblik van innige dankbaarheid voor het verleden maar met een krachtige blik op de toekomst, want Gastel moet Gastel blijven: stoer en sterk, eenvoudig en waardig, arbeidzaam en tevreden, in volledige zelfstandigheid tot samenwerking met anderen bereid, maar zeker in begrip en samenwerking ten opzichte van en met elkander. Geachte leden van de raad, personeel, allen die hier aanwezig bent; ge zijt geluk gewenst met deze 700 jaren. Ik dank u voor uw aandacht, (applaus) 3Toespraak archivaris Delahave De heer DELAHAYE houdt de volgende toespraak. Mijnheer de voorzitter, dames en heren leden van de raad, geachte aanwezigen. Een archivaris i& per definitie een achteruitkijkspiegel van de gemeente. Wy kijken achteruit. De bestuurders en ambtenaren kyken alleen vooruit. Dit zijn mensen van vandaag, liefst nog van morgen. Zjj maken plannen. Een archivaris leeft altijd in het verleden. Wanneer ik uw feestgezichten zie, waarop de feestvreugde al staat geschreven, de verwachting wat de volgende dagen gaat komen, dan durf ik het gewoon niet aan om u een zwaarwichtige beschouwing te geven over de geschiedenis van de gemeente of de nadere inhoud van het gedenkboek. Ik heb gedacht om u een paar stukken van de inleiding voor te lezen. Deze is heel lichtvoetig geschreven. Ik vind het eigen lijk de juiste manier om deze avond in te leiden. Ik moet u eerlijk zeggen - van de archivaris verwacht u niet anders dan eerlijkheid - er zit van mijn kant een beetje boos aardigheid in, omdat inleidingen nooit worden gelezen. Ik maak niemand een verwijtik doe het zelf ook niet. Inleidingen van boeken worden praktisch nooit gelezen. Waarom dit zo is? Ik weet. het niet. Meestal is de stof in het boek verwerkt. De in leiding is dan overbodig. Het is overigens gebruikelijk een in leiding te maken. Dus hier op Gastel is ook een inleiding gemaakt. Het zal mij daarby wel niet lukken het daarbij passende gezicht te zetten. Je ziet het op de T.V.Simon Carmiggelt leest voor uit eigen werken. Dit krijg ik natuurlijk niet klaar. Ik heb dat gezicht niet en ik heb dat brilletje ook niet. Ik moet het op mijn eigen manier doen. De burgemeester heeft al gesproken over de schepping. Ik begin ook al miljoenen jaren geleden, maar u moet even ge duld hebben. Zo halverwege de bladzijde kom ik toch op mijn Gastelse pootjes terecht. En die inleiding gaat zo.

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1975 | | pagina 57