De heer VAN MERRIENBOER is van mening dat de woning by openbare
verkoop misschien wel het dubbele kan opbrengen, dan het bedrag
in het preadvies genoemd.
Van de andere kant heeft de gemeente de zorg voor de goede huis
vesting van haar personeel.
Verder memoreert spreker dat de woning in eerste instantie is
toegewezen aan een aanstaand echtpaar. Hierna is een rechtmatige
woningruil toegepast en zal de woning Roosendaalsebaan 18 "toewocxid g
door de heer Hofland» Dan is het een verkoop aan de huurder—bewo
ner, waardoor de prijs weer op een andere wyze wordt bekeken.
Ook zou de woning getaxeerd kunnen worden.
Het voorkeursrecht van eventuele terugkoop is niet meer opgenomen
Spreker hecht aan deze laatste bepaling toch wel waarde.
Bij de andere ongeveer in 1965 verkochte woningen is'deze bepaling
ook opgenomen.
De VOORZITTER vindt de aangelegenheid een eenvoudige zaak. Kenne
lijk zijn er mensen die er zich heel erg druk over maken.
De gemeenteraad heeft in 195^- de beslissing genomen, dat deze
woningen alleen bestemd zijn voor gemeentepersoneel, voor onder
wijzend personeel en eventueel voor de politie. In de publieke
verkoop brengen heeft geen enkele zin, daar er slechts enkele
mensen zijn die er voor in aanmerking komen.
Het college van burgemeester en wethouders heeft heel lang de
vinger aan de pols gehouden om de woningen niet te verkopen, om
ze in de huursector te kunnen houden0
De gemeenteraad heeft echter in 1965 besloten de woningen wel
te verkopen.
Wanneer nu een gegadigde komt, dan kan verkoop dus plaatsvinden,
als het conform voornoemde bestemming is.
Voor de onderhavige woning zijn vier gegadigden. Twee er van vol
doen niet aan voornoemde bestemming.
Het eerste verzoek was van iemand die aan het onderwijs was ver
bonden en het college van burgemeester en wethouders heeft deze
woning toegewezen, aan degene die by het onderwys is gekomen.
Nadien deed zich het omstandigheid voor dat een tweede gegadigde,
in dienst van de gemeente, zich aandiende, welke de woning wilde
kopen, omdat de belanghebbende destijds aan de woningstichting ge
vraagd heeft - dit is uit andere hoofde bekend - de gehuurde wo
ning te kunnen kopen, hetgeen volgens de voorschriften niet kon0
Met de tweede gegadigde (koper) en de eerste gegadigde (huurder)
is een ruiling totstandgebrachtwaarmede de gemeente geen be-
moeiienis heeft.
Aangezien het een aangelegenheid was waarbij een personeelslid van
de gemeente was betrokken heeft spreker in het belang van het
personeel in de genoemde ruiling bemiddeld.
Spreker vindt het prettig in het onderhavige geval volledig
openheid van zaken te kunnen geven.
Spreker zegt met betrekking tot de prijs, dat destijds door de
raad niet het voorstel van burgemeester en wethouders is overge
nomen om voor de getaxeerde prijs te verkopen. De raad heeft des
tijds de woning voor 2.000,-- lager verkocht.
Thans is bij de berekening van de prys uitgegaan van het basisbe
drag, gelijk aan de destyds door de raad bepaalde prys.
De terugkoop door de gemeente is eruit gelaten, omdat er nog al
wat uitgesteld onderhoud is en de woning weer zoveel ouder is,
doch spreker heeft er geen moeite mee deze bepaling alsnog op te
nemen.