- 13 - Maar toch dient aan deze kernen om redenen van levensvatbaarheid niet alle groei te worden ontnomen en worden dan ook aangeduid als kernen met beperkte groei. Tenslotte is er een categorie, op enkele uitzonderingen pa, zeer kleine kernen, waarvan zoals het Streekplan stelt verdere groei zonder meer als ongewenst te beschouwen. Wanneer wij over het Streekplan praten, dames en heren, dan is dit een aangelegenheid waarmee wij direct hebben te maken in tegenstel ling tot het onderwerp, wat ik straks bij de ingekomen stukken be handelde, n.l. de bestuurlijke reorganisatie in Nederland; dit is een nationale zaak. Het Streekplan West-Brabant is een zaak die ons van zeer nabij raakt, omdat in dat Streekplan per slot van rekening bijna gemeente voor ge meente wordt bekeken en een analyse daaruit wordt getrokken en ge steld wordt: die en die gemeenten mogen dat wel en andere gemeenten mogen dat niet. Ten aanzien van onze gemeente zij opgemerkt dat het streekplan stelt dat ten aanzien van de kern Stampersgat uitbreiding zeer beperkt dient te blijven, gelet op de aan deze kernen toegekende beperkte betekenis o De ligging van dergelijke kernen in open ruimten en groengebieden maakt een uitbreiding van betekenis ongewenst. Dat is de mening van het Streekplan. Over het algemeen gesteld kunnen als kleine kernen worden aangemerkt bevolkingsconcentraties van beperkte omvang, welke een zekere ver zorging sfunktie hebben, varie'érend van minimaal tot bijna "volledig- lokaal". Gelet op deze omschrijving valt Stampersgat, zoals uit het huidige streekplan blijkt, onder de categorie leefbare kernen; kernen dus met een nagenoeg compleet lokaal verzorgingsapparaat dan wel in de direc te omgeving. Geconcludeerd mag worden, dat de problematiek van de kleine kernen in belangrijke mate is terug te voeren tot de leefbaarheid in die kernen. Deze leefbaarheid is een geweldige aangelegenheid. Wanneer dit van dichtbij wordt bekeken, dan is de kern Stampersgat ten opzichte van wat men daar heeft qua leefbaarheid een verantwoorde situatie. Ook wordt gezegd, dat rekening moet worden gehouden met de ligging van bepaalde verzorgingskernen, hetzij lokaal, hetzij regionaal in de nabijheid van kleine kernen. Dat wil düs zeggen, dat de bestaande leefgemeenschap op peil moet worden gehouden. Aangezien, mijne heren vertegenwoordigers in het Streekgewestde gewestraad in het kader van de herziening van het Streekplan West- Brabant zich nader beraadt, vind ik het zonder meer dienstig, dat wij tot een bepaalde meningsvorming moeten komen, omdat de commissie "ruimtelijke ordening" in het kader van het gewest deze zaak nog heel druk aan het bestuderen is en ik aanneem dat vanuit die commissie ons bepaalde gegevens zullen bereiken in de toekomst. Er moet de laatste tijd wel worden geconstateerd - ik heb daarvan be paalde kanttekeningen van gemaakt - dat over het begrip kleine ker nen en de ontwikkeling daarvan, toch wel een ietwat andere mening is ontstaan in vergelijking met een jaar of vijf geleden, die is neerge legd in het Streekplan West-Brabant. Ik meen namelijk, dat men op de dag van vandaag niet zo in het alge meen meer stelt, dat kleine kernen niet een bepaalde groei mogen hebben en dat het toch wel belangrijk is te zien juist naar de ligging

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1975 | | pagina 116