-12-
Vóór het voorstel stemmens mevrouw Hendrickx en de heren Ernest,
Jansen, De Jongh, Marcelissen, Van Merrienboer en Roosendaal,
alzo 7 stemmen vóór.
Tegen het voorstel stemmens mevrouw Akkermans en de heren Akker
mans, Gelijns, Oomen, Ruyten en Vrolijk, alzo 6 stemmen tegen. Het
voorstel van de heer Ex'nest is aanvaard met 7 tegen 6 stemmen.
Met instemming van de raad brengt de VOORZITTER het voorstel van
burgemeester en wethouders voor het bedrag per leerling van het
basisonderwijs niet meer in stemming.
Ten aanzien van het bedrag per leerling voor het buitengewoon on
derwijs wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel
van burgemeester en wethouders besloten.
8Rondvraag
a. De heer AKKERMAJSfS heeft de volgende schriftelijke vraag ingediend
Mede namens de heer C. Ruften, collega en medelid van de 6ewestr^|
West-Brabantverzoek ik u beleefd om aan de agenda van de raads
vergadering van woensdag 29 oktober 1975 een punt toe te voegen of
in te lassen betreffende het Provinciaal Streekplan West-Brabant,
dat thans ter discussie is gesteld.
De commissie "Ruimtelijke Ordening" van het Streekgewest zal het
bijzonder op prijs stellen uw oordeel hierover te vernemen.
Een onderdeel hiervan bijvoorbeeld vormt de leefbaarheid van de
kleine kernen, alsmede de voorgestelde groeimogelijkheden van de
betrokken gemeenten.
Wij danken u vriendelijk voor uw medewerking.
Mede namens de heer Ruijten verblijf ik, (ondertekend P.F.A. Akker
mans)
De VOORZITTER merkt op, dat dit een zeer belangrijke vraagstelling i
en het is bekend dat het provinciaal bestuur bezig is om het Streek
plan te herzien, c.q. aan te passen, omdat dit Streekplan West-
Brabant een jaar of vijf bestaat en omdat men bezig is in Midden-
Brabant en Oost-Brabant een streekplan tot ontwikkeling te brengen
en in de loop van de jaren is gebleken aan de hand van nieuwe vi
sies het Streekplan West-Brabant zo mogelijk aan te passen.
Spreker vindt het nuttig om ten aanzien van bepaalde onderdelen
van het huidige Streekplan West-Brabant, met name de kernen en de
kleine kernen de stellingen onder de aandacht te brengen.
Deze onderdelen uit het door de Provincie vastgestelde Streekplan
lichtende worden door de VOORZITTER in de volgende betoog samenge
vat
Ten aanzien van de zg. kleine kernen wordt in het huidige streek
plan en de toelichting daarop gesteld, dat een selectief beleid
wordt voorgestaan, waarbij het leidende principe is een regelmatige
spreiding van volwaardig lokale centra over het gehele streekplan-
gebied.
De kernen, die nu reeds deze positie innemen t.a.v. de leefbaar
heid, enz. kunnen zich als zodanig verder ontwikkelen, zegt dus
het Streekplan. Voorts is het wenselijk geacht dat een aantal kleine
kernen, welke dit niveau thans nog niet hebben bereikt, dit werke
lijk realiseren.
Er zijn namelijk kernen, waarvoor op grond van ligging, het niet nood
zakelijk is dat zij zich verder ontwikkelen tot volwaardig-1 okale
kernen. Meestal is de omvang daarvan zodanig beperkt, dat dit ook
op langere termijn geen haalbare kaart kan zijn.