- 10 -
plaatsvinden, zodat de kosten niet in die mate ten laste van het
schoolbestuur komen. Zou dit mogelijk zijn, dan is er geen verdere
discussie meer nodig en kan het bedrag per leerling, hetwelk
burgemeester en wethouders voorstellen aanvaard worden.
De VOORZITTER licht toe, dat nóch door spreker, nóch door wet
houder Ernest, nóch door wethouder Vrolijk getornd is aan de in
de begroting van schoolbestuur geraamde bedragen voor groot on
derhoud
De VOORZITTER maakt melding van een vandaag gekregen verzoek om
op grond, van artikel 72 der Lager-onderwijswet 1920 gelden ter
beschikking te stellen voor de verbetering van de gevel van de
JoannesschoolDeze verbetering is nimmer voor verbouwing in aan
merking gekomen. Indien dit onder verbouwing gerangschikt zou
kunnen worden - spreker doet hierover geen uitspraak - dan zit
de mogelijkheid er in. De concrete situatie moet echter nog be
studeerd worden.
Mevrouw AKKERMANS memorèert, dat wel wordt geraamd voor onder-^
houd, dóch als het er op aan komt worden de gelden voor iets al^
ders besteed.
De VOORZITTER moet dan,heel spijtig, opmerken, dat indien dit het
geval is ér minder vertrouwen gesteld moet worden in de ingedien
de begroting door het schoolbestuur.
De VOORZITTER zegt verder ten aanzien van het samenvoegen van de
drie scholen in de begroting, dit het schoolbestuur kwalijk te
nemen, daar Steeds de school in Stampersgat in bijzondere omstan
digheden verkeert heeft en artikel 101 ter is toegepast. Het is
spreker onbegrijpelijk, dat het schoolbestuur, en ook de heer Van
Merrienboer stelt dat ten aanzien van normale omstandigheden ook
bij de basisscholen te Oud Gastel in verband met grote ouderdom
een vraagteken wordt geplaatst.
De heer VAN MERRIENBOER wijst op een te doene i aanvrage ingevolge
artikel 101ter.
De VOORZITTER vertaalt dit, door te stellen dat het schoolbestuur
de angst kan hebben, dat de minister het bedrag per leerling dan
lager zou kunnen vaststellen.
De heer AKKERMANS heeft ook het punt van groot onderhoud op andere
wijze te latën verrichten op '-zijn lijstje staan.
Het schoolbestuur kan het niet helpen, dat de gebouwen al oud zijn
en de onderhoudskosten hoog zijn. De arbeidslonen zijn niet gering.
Mogelijk kan er op een of andere manier een formule worden gevonden
in overlég met het schoolbestuur, zodat die zware post voor het
schoolbestuur wordt verlicht.
De VOORZITTER kan in deze gedachtengang meegaan.
Daarom is ten aanzien van het onderhoud van de gebouwen niet ge
tornd aan de ramingen van het schoolbestuur.
Spreker doet de suggestie - het schoolbestuur is dit reeds bekend -
om in het kader van de W.S.W. aan het Werkvoorzieningsschap West-
Brabant te vragen het tuinonderhoud in kleine karweitjes te laten
opknappen door een conciërge.
Ook zou schilderwerk in het kader van de W.S.W. uitgevoerd kunnen
worden, indien het object wordt goedgekeurd. De loonkosten komen
dan voor 90^ voor rijksrekening.
De heer AKKERMANS is het met het voorstel van burgemeester en wet
houders eens cmdd; princ ipiëel is voortgebouwd op het in 197^ vast
gestelde basisbedrag. Toen is er als het ware met een schone lei
i