- k - De VOORZITTER vermeldt nog, dat blijkens de afrekeningen van Gastel Vooruit aan diverse verenigingen al bydragen zyn verstrekt. De heer ROOSENDAAL vraagt of het Comité Gastel Vooruit extra sub sidie verkrijgt. De VOORZITTER zegt dat dit niet het geval is. Spreker attenteert er op, dat een groot gedeelte van de vermakelijk- hedenbelasting aan de wielercomité1s in de gemeente in r. de vorm van subsidie wordt terugbetaald. Mevrouw HENDRICKX informeert of de betreffende ver enigingenredelijk aan bod komen. De heer JANSEN zegt, dat er culturele verenigingen in de gemeente zyn, die nog nimmer voor een bijdrage in aanmerking zijn gekomen. De VOORZITTER entameert, dat dit tot de competentie van Gastel Vooruit behoort, doch spreker heeft de indruk dat er een redelijke verdeling aanwezig is. In de pers worden de verenigingen opgeroe pen om een eventuele aanvraag om bydrage in te dienen. De heer JANSEN doet de suggestie om alle verenigingen eens een keer aan de beurt te laten komen. Wethouder VROLIJK zegt als voorzitter van het comité Gastel Vooruit dat op verzoek van het gemeentebestuur aan culturele verenigingen^^ bydragen zijn verstrekt, hoewel er wel eens een ander gerichte vere niging geholpen is. Spreker bevestigt dat inderdaad nog niet alle betreffende verenigingen aan bod zyn geweest. Spreker is gaarne bereid zo nodig een lyst over te leggen van alle verenigingen welke in de loop der jaren een bijdrage van Gastel Voor uit hebben gekregen. Zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 8. Vaststelling gemeentebegroting over het dienstjaar 1975 classificatienr-2.07352.1l) (preadvies nr.: 7^-. 128) Van de door de VOORZITTER gegeven gelegenheid tot het houden van algemene beschouwingen, wordt door de heren AKKERMANS en VAN MERRIENBOER gebruik gemaakt De heer AKKERMANS houdt de volgende toespraako Als we deze begroting, Mijnheer de Voorzitter^ nauwkeurig bestuderen^^ dan is het wel de bedoeling om in deze baaierd van cijfers de groti^^* lijn te zien. En de vraag rijst dan direct, welke richting gaan we uit? Hoe groot blyft onze zelfstandigheid, by een zo'n grote rijksbydrage en bij een sterker wordend Streekgewestdat we zelf gewild hebben? Welke hoofdstukken groeien en worden extra benadrukt en welke blij ven achter by de soms inflatoire stijgingen der bedragen? We beginnen met te constateren dat de door ons benutte bedragen - 22$ hoger zullen liggen dan in 197^* En als we de geldontwaar ding op 12$ stellen - dit is een schatting van mij - kunnen we onze activiteiten met - 10$ hoger stellen. Dat ziet er verheugend uit. Want we willen steeds meer doen voor onze mensen. Betere woningen, beter onderwijs, betere straten en rioleringen enz. Dit alles is dan ook af te lezen van de getallen in de begroting Gewone Dienst. Vergelyken we de verschillende hoofdstukken met elkaar, Mijnheer de Voorzitter, dan zien we verschuivingen. En zoals u reeds vo rige jaren vermeldde vertonen de sociale voorzieningen weer een

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1974 | | pagina 116