- 8 -
Ook de ryksoverheid is aan het veranderen. Die schijnt een nieuw
plan te ontwikkelen van ontwerp-gewestwet. De strekking is dat de
samenwerking van bovenaf opgelegd kan worden.
Het is echter beter eerst zelf een gewest West-Brabant te realise
ren, dat dan zelf de richtlijnen kan bepalen, als dat het rijk de
richtlijnen en de grenzen kan bepalen, welk laatste wel eens niet
lekker zou kunnen zitten.
Nu is angst een slechte raadgever. Ik dacht dat we ons niet bang
moesten maken en niet direct een beslissing moeten nemen.
De laatste opmerking van gedeputeerde staten was wel de mooiste:
een geforceerde totstandkoming van het gewest West-Brabant is niet
in het belang van de streek. Een geleidelijke groei vanuit de regio
is de meest aangewezen weg.
Hieruit volgt, dat gedeputeerde staten niet dezelfde mening zijn
toegedaan dan de provinciale staten.
Dit is ook de gedachtengang van de besturen in West-Brabant zelf,
die een gelijdelijke groei naar een groot West-Brabant willen reali-A
seren.
De vraag is nu: Zijn wij op de goede weg of zijn we het niet?
Moeten wy met het dreigement van het rijk op de achtergrond zo snel
mogelijk naar dat groot gewest West-Brabant streven en zijn de voor
delen van het groot gewest West-Brabant beter dan de voordelen die
wij nu hebben gerealiseerd in onze regio's?
De VOORZITTER tracht zo goed mogelijk antwoord te geven op het hier
voor gestelde.
Spreker antwoordt als volgt.
U hebt in het begin gesteld, dat het met de vorming van het gewest
West-Brabant, bestaande uit de samenwerkingsverbanden Roosendaal en
Bergen op Zoom, niet zo heel vlot loopt.
Ik moet u zeer tot mijn spijt zeggen, dat ik dat onderschrijf en dat ik
het bijzonder jammer vind dat van de 18 gemeenten die hierbij betrok
ken zjjn in eerste instantie één gemeente is afgevallen en een tweede
gemeente op dit moment nog een wijfelende houding aanneemt. Een zo
danig wijfelende houding, dat men zich afvraagt: hoe ziet men dat
nou? Men wil dus niet uittreden, dat moet ik heel duidelijk zeggen
-wij werken met die betrokken gemeenten op verschillende wijze op
de meest aangename wjjze samen- doch op het onderhavige punt twij-
feit men nóg, omdat men bang is dat de twee grote gemeenten in dit
streekgewest straks een belange vinger in de pap zullen hebben.
Ik geloof niet dat het nodig is, dat ik daar nog verder op inga,
omdat u precies weet hoe de stemverhoudingen liggen. Men is nu zover
dat de beide voorzitters van Bergen op Zoom en Roosendaal binnen
kort een bespreking zullen hebben met de gemeenteraad van Fijnaart
en Heiningen op diens verzoek om daar nog eens nader met de leden van
de betrokken gemeenteraad van gedachten te wisselen. Deze vergade
ring zou al plaats gevonden hebben op 11 september 1973.
Wegens ziekte van de burgemeester, die als voorzitter van de raad
er bij wilde zijn, is deze vergadering niet doorgegaan. Inmiddels is
er een andere datum gepland volgende maand.
Wij hopen dat dan inderdaad deze 17 gemeenten zover zijn, dat de rege
ling ter goedkeuring kan worden gezonden naar gedeputeerde staten.
Wy verwachten dat die goedkeuring nu zeker zal komen, omdat gede
puteerde staten onlangs een circulaire het licht hebben doen zien,
waarin zij zeggen, dat zij de totstandkoming van een geforceerd groot
gewest West-Brabant niet aantrekkelijk vinden.
m