k -
Het betreft de volgende wijzigingen.
k$e en volgende wijzigingen slotwijzigingen begroting) 1972
20e wijziging 1973 (bouwrypmaken terrein Noordzeedijk)
21e wijziging 1973 (schetsontwerp bouwplan gemeentehuis)
Deze begrotingswijzigingen worden zonder hoofdelijke stemming met
algemene stemmen vastgesteld.
12. Rondvraag
a. Op verzoek van wethouder Vrolyk. geeft de VOORZITTER het woord aan
hem. Wethouder VROLIJK leest de volgende verklaring voor.
De ondergetekenden, L.P. Vrolijk, wethouder, mevrouw M.J. Akkermans-
Zandvliet, raadslid en C.Ruijten, raadslid, alle leden van de fractie
Algemeen Belang in de gemeenteraad van Oud en Nieuw Gastel distancie-
ren zich vanaf heden van hun mede-lid, W. van der Mast, raadslid, om
reden, dat dit raadslid slechts plusminus vijftig procent van de ge
houden raadsvergaderingen tijdens zijn raadslidmaatschap heeft bijgewoond en
nagenoeg geen enkele fractievergadering en gaan over tot de orde van^
de dag.
Afschrift van dit besluit is gezonden aan de heer W. van der Mast voor
noemd. Gedaan en getekend op de maandelijkse fractievergadering van Al
gemeen Belang, gehouden ten raadhuize van Oud en Nieuw Gastel op dins
dag 26 juni 1973*
De VOORZITTER dankt de heer Vrolijk voor de mededeling.
b. De heer AKKERMANS heeft schriftelijk verzocht het woord te mogen
voeren inzake de 2e Nationale luchthaven. De VOORZITTER geeft hem hier
toe de gelegenheid.
De heer AKKERMANS brengt het volgende ter tafel.
De 2e nationale luchthaven is in handen van de regering. Er zijn com
missies benoemd om de zaak te onderzoeken. Hier wordt jaren aan ge
werkt. We kunnen stellen, dat als deze luchthaven ergens komt, waar
dan ook, dat het een volledige luchthaven zal zyn, al is het alleen
maar om het geïnvesteerde kapitaal rendabel te maken.
Het zal een enorme ingreep zijn in de streek waar deze luchthaven wordt
gevestigd.
Er zijn twee uitersten, die deze tweede luchthaven benaderen.
Op de eerste plaats de opvatting van de handel en de industrie, die
uitsluitend de vooruitgang van de handel en de industrie nastreeft;
daarnaast de werkgelegenheid benadrukt.
De tweede opvatting is de opvatting van belangengroepen, milieube
schermers en andere groepen die uitsluitend het leefmilieu en land
schap willen redden. Beide polariseren deze opvattingen.
Als er in hier in West-Brabant o.a. geen luchthaven komt, dan zou de
industrie normaal de voortgang moeten vinden en door moeten gaan als
is het alleen voor werkverschaffing.
Die beide opvattingen hebben natuurlijk voor- en nadelen.
Deze moeten tegen elkaar worden afgewogen en wel: objectief.
Dat kan niet gebeuren door handel of industrie dan welke belangengroep
dan ook.
Dat moet gebeuren door de overheid. Plaatselijk, provinciaal of lande
lijk. Nu het een landelijk probleem is, zal het de landelijke overheid
moeten doen. U ziet dat het dus zeer juist is aangepakt.
De landelijke overheid heeft, om dit allemaal goed te kunnen doen, de
nodige commissies benoemd om te informeren. Deze moeten ook informeren
in de streek, waarvan zij stellen, dat de luchthaven zal moeten worden
gevestigd.
