De Grontmij stelt dat na overdracht van nieuwe werken aan de toekomstige beheerder zij geen bemoeiingen meer met de projecten hebben. Spreker vindt dat dan toch degene die het veld heeft aangelegd geen goed werk heeft geleverd. Anders kan het veld niet zijn zoals het nu is. Hoewel de Grontmij schrijft dat het niet anders kan dat er misver standen bestaan, meent de heer KOEVOETS dat de gemeente beetgenomen is, Spreker heeft het met zijn fractie opgenomen en stelt voor, dat de commissie openbare werken de situatie eens nagelat» De beplanting is ook niet goed» E^staan zeer kleine plantjes ("potloodjes*1) op een meter afstandj De VOORZITTER stelt voor inderdaad een onderzoek door de commissie openbare werken in te laten stellen, waarbij de VOORZITTER zelf en de heer Koevoets bij aanwezig zijn. De VOORZITTER neemt dit op met de voorzitter van de commissie open bare werken. Wethouder GELIJNS, voorzitter van de commissie openbare werken, ver zoekt de te bespreken punten op schrift te stellen, hetwelk de heer KOEVOETS toezegt. g De ingekomen stukken worden overigens zonder hoofdelijke stemming met algemene stemmen voor kennisgeving aangenomen. Vaststelling gemeentelijke vergoeding vakonderwijs voor 1972 classificatienr-1.851.2/07.2) ...(preadvies nr.; 73*052) Zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 5» Bouw nieuw gemeentehuis classificatienr-2.07.354,1) (preadvies nr.: 73.053) De heer AKKERMANS geeft de volgende uiteenzetting met betrekking tot het onderhavige onderwerp. Mijnheer de voorzitter, het is een ingewikkeld probleem, hetgeen ik goed heb bestudeerd. Hoemeer men de plannen bestudeert komen er vele en steeds meer vragen en ideeën naar voren om een oplossing te kunnen vinden. De vragen heb ik op een rijtje gezet. De eerste vraag die ik tegen kwam washebben we een nieuw raad huis nodig? Deze vraag is heel belangrijk. Het antwoord staat heel duidelijk in het preadvies. Het mag als bekend worden verondersteld, dat er zeer veel ruimte gebrek is. Er is al een noodgebouw opgericht, hetgeen in deze richting ook wijst. Dit kost al veel geld alleen aan huur, Er zijn geen vergaderlokalen. De toegang voor het publiek zowel naar de loketten als naar de raadzaal is zeer onmogelijk, zeer moeilijk en zeer ondemocratisch. De tweede vraag is of persé een nieuw raadhuis gebouwd moet wor den. Of kunnen we een ander groot gebouw kopen en dan verbouwen. Dit laatste is al twee maal gebeurd in een levensperiode. Dat nooit meerJ Ze zijn nooit praktisch; altijd wordt er een onmogelijke aanpassing gevraagd.

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1973 | | pagina 42