- 14 -
De VOORZITTER wijst er op dat de gemeentewet alleen een honden
belasting toestaat» Sinds jaar en dag staat dit in de wet.
Bij de invoering van de onroerendgoedbelasting (in 1976) zal de
Hondenbelasting kunnen vervallen. Er moeten dan andere dekkings
middelen worden aangewezen.
Spreker maakt de raad er op attent, dat het geen verplichting
is een hondenbelasting te heffen. Dit is de bevoegdheid van de
raad. Er moeten dan evengoed andere dekkingsmiddelen voor wor
den aangewezen. Spreker- ziet het bedrag der hondenbelasting
niet als onoverkomelijk om te betalen, indien men graag een hond
houdt
Wordt een hond voor beroep of bedrijf gehouden, dan is het een
aftrekpost voor de belasting.
De heer RUIJTEN is blij dat er al verschillende gemeenten de hon
denbelasting hebben afgeschaft. Spreker vindt het een onrecht
vaardige zaak.
De heer MARCELISSEN vindt het juister dat voor alle dieren, wel
ke voor plezier worden gehouden, belasting wordt betaald.
De VOORZITTER wijst er op, dat hiervoor geen wettelijke mogelijk
heid is.
Er ontspint zich een discussie omtrent het voor plezier houden,
c.q. om zakelijke dan wel om redenen van persoonlijke bescherming
houden van dieren.
Verder wenst niemand het woord.
De begroting voor het dienstjaar 197^ wordt zonder hoofdelijke
stemming met algemene stemmen conform het voorstel van de com
missie ad hoe vastgesteld.
Verder stelt de VOORZITTER aan de orde de Ie wyziging van de
begroting 197^-» waarbij de begroting 1974 sluitend wordt gemaakt»
Deze begrotingswijziging wordt met algemene stemmen zonder hoof
delijke stemming vastgesteld»
9Aangaan "Gemeenschappelijke regeling tot stichting en exploi
tatie van woonwagencentra in westelijk Nooi-d-Bx-abant
classificatlenr- 1754.213
(preadvies nr.: 73.131
De heer AKKERMANS heeft begrepen dat de nieuwe voorliggende rege
ling om economische en financiële redenen plaats vindt. Er vallen
bij de deelnemende gemeenten ook enkele kosten weg* Het woonwagen
kamp in de gemeente Oud en Nieuw Gastel kost een vijfduizend gul
den.
De VOORZITTER licht verder toe, dat de bestaande plaatselijke kam
pen worden opgenomen in de gemeenschappelijke regeling. Ook het
toezicht wordt centraal geregeld. Ook de kleinere kampen zullen
gelijke voorzieningen krijgen.
Spreker vermeldt verder dat een paar jaar gelden alleen een aan
tal grote kampen totstand moesten komen. De organisaties van de
woonwagenbevolking hebben zich hiertegen hevig verzet.
De regering is overstag gegaan en stelt kleinere regionale kampen
(ongeveer 70 Wagens) en plaatselijke staanplaatsen met accomodatie
De kampen voor 70 wagens zyn A-kampen5 voor 50 wagens: B-kampen.