- k -
7Vaststelling gemeentebegroting over het dienst,jaar 19f3
classificatienr-2.07352,11
(preadvies nr.: 72.169)
De VOORZITTER brengt dank aan de commissie tot onderzoek van de
begroting, voor het zorgvuldig werk, dat is verricht.
Van de door de VOORZITTER gegeven gelegenheid tot het houden van
algemene beschouwingen, wordt door de heer AKKERMANS gebruik
gemaakt
De heer AKKERMANS houdt de volgende toespraak.
Mijnheer de voorzitter, met de algemene beschouwing zal ik kort
zijn. Ik wil van de begroting in het algemeen wel iets zeggen.
Men kan over het algemeen wel zeggen, dat ze geen schokkende al-
wijkingen vertoont. Dat hoeft ook niet altijd. Maar toch kunnen de
verschuivingen van de totalen van de hoofdstukken een beeld
geven van een tendens van het beleid.
Het eerste beeld dat we in deze begroting kunnei zien is het beeld
van de verhoging van de getallen door inflatie en mede dus door
het west-europese verschijnsel, hetwelk neerkomt op een verhoging^
van 7i° tot 9$.
Dat geeft een klein beetje een vertekend beeld. Hier gaan we re
kening mee houden.
*een Als we*juist beeld willen hebben van deze cijfers, ten opzichte
van het vorige jaar, dan dient men de totalen van de verschillende
hoofdstukken te zien in verhouding van het eindtotaal van de gehe
le begroting. Althans van de gehele begrotingsuitgaven. Dan pas
kunnen we zien of een bepaalde dienst meer of minder wordt be
nadrukt
De posten welke nu in dit bedrag wel hoger zijn - door o.a. inflatie
doch procentueel lager zijn begroot, kunnen we zien onder de hoofd
stukken III "Openbare Veiligheid" V "Volkshuisvesting" en VIII
"Onderwijs"
De andere hoofdstukken "Algemeen beheer", "Gezondheidszorg""Open
bare werken", "Cultuur en recreatie" en "Sociale Zorg en Maatschap
pelijk Werk" vertonen niet alleen grotere cijfers, maar in ver-
*deze houdingten opzichte van 1972 liggen*ook gunstiger, ook uitgedrukt
in procenten ten opzichte van het totale bedrag van deze begroting.
Een groot nadelig verschil in procenten vertoont hoofdstuk V.
"Volkshuisvesting". Dit nadelig verschil in procenten is niet
hetzelfde als de bedragen; deze zullen ongeveer dezelfde zijn
als in 1972. Hiexmit volgt, dat er in mindere mate, minder gebouwd
zal moeten worden in 1973* Het bedrag is even groot als in 1972,
maat procentueel is er een daling van 172$ naar 15» 3^* De bijdrage
van het rijk vertoont hetzelfde verschijnsel. Dit stelt ons teleiir,
mijnheer de voorzitter.
Het tekent daarmee onze stilstand in het bevolkingsaantal.
Ik ken uw zorg, mijnheer de voorzitter betreffende hoofdstuk VIII,
onderwijs. Het is zaak deze post nauwlettend te observeren, gezien
de grote bedragen.
De bedragen van hoofdstuk II betreffende de salarissen zijn in
1973 veel zwaarder dan in '1972. Ook procentueel.
Mogen wij hieruit concluderen dat er nog meer diénsten zullen worden
verricht aan onze ingezetenen.
De posten die ook in procenten sterker zyn verhoogd zijn de
diensten op hoofdstuk IV, de gezondheidszorg, openbare werken,
cultuur en recreatie en sociale zorg en maatschappelijk werk.
Vooral deze laatste post met een grote bijdrage van het rijk geeft
ons de kans dienend op te treden ten opzichte van de gemeenschap.
Een belangrijke poging van uw college lees ik in deze hoofdstukken.
Het zijn typische mogelijkheden om de leefbaarsheid van onze gemeen
te te verhogen.