- h -
De heer VAN DER MAST wyst er op, dat met de training het
B-veld kapot gespeeld is. Uitbreiding van de velden als
door hem geschetst is aan te bevelen.
De VOORZITTER stelt echter voor het voorliggende voorstel
te aanvaarden en nader te bezien of zonder meerkosten en
zonder schade te doen aan het zwembadplan de suggestie van
de heer Van der Mast kan worden overgenomen.
Zonder hoofdelyke stemming wordt met algemene stemmen als zo
danig besloten.
6Vaststelling 15e en 16e wijziging van de salarisverordening
gemeenteambtërarën"T966 classificatienr-2.O8.7M
"(preadvies nr.; 71.016)
Zonder hoofdelyke stemming wordt met algemene stemmen overeen
komstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
7 5e Wijziging van de subsidieregeling .jeugdwerk (classi-
ficatienr. -2.O7.85T~
(preadvies nr.: 71.0018)
Mevrouw AKKERMANS meent te weten, dat de contributies van de
verenigingen niet z^jn verhoogd. Hoewel spreekster geen bezwaar
heeft tegen het onderhavige voorstel, wil zy toch contributie
verhoging entameren
De VOORZITTER is het met spreekster eens. Reeds eerder, is aan
verenigingen welke om subsidieverhoging vroegen, gevraagd con*'
tributi ever-hoging te bevorderen. De besturen willen dit wel,
doch spreker meent, dat dit niet in voldoende mate gebeurt.
Naar de mening van mevrouw AKKERMANS ligt het voornamelijk aan
de ouders.
"Het moet maar van de overheid komen".
De heer VAN DER MAST wyst er op, dat Sportclub als enige in de
Westhoek begonnen is met de verloting en de pool voor de jeugd,
teneinde zelf voor financien te zorgen.
Spreker wijst er ook op, dat keuring enkele jaren geleden
2,50 tot voor kort 5»-- en thans 10,-- kost.
Mevrouw AKKERMANS bedoelt niet deze inkomsten, doch de bereid
heid van de ouders meer contributie te betalen.
De heer VAN DER MAST wyst er op, dateen kwartje contributie
verhoging geen zoden aan de dijk zet.
De heer MARCELISSEN heeft berekend, dat het voorliggende voor
stel een verhoging betreft van 35$« De contributie zou dan ook
met 35/o verhoogd moeten worden. Spreker vraagt of dit ook
is gebeurd.
De VOORZITTER kan dit niet bewijzen. Spreker betwijfelt het wel.
De heer MARCELISSEN neemt aan dat als de vereniging een con
tributieverhoging voorstelt, dit verstandige ouders, waarvan
hun kinderen de sport beoefenen, deze ook zullen betalen.
De VOORZITTER doet het voorstel het voorliggen^de voorstel aan
te nemen doch de verenigingen er op te wyzen het contributie-
beleid aan te passen.
De heer MARCELISSEN wil dit laatste eerst doen en antwoord van de
verenigingen afwachten en de beslissing van de gemeente aan
houden.
Dit wil de VOORZITTER niet overnemen. Spreker is er van overtuigd,
dat de onderscheidene verenigingen de belangen van d^jeugd
zo goed mogelyk willen behartigen. Wel moeten de verenigingen
gestimuleerd worden het zo goed mogelijk te doen.
