- 5 -
De heer RUIJTEN wil er aan vast knopen, dat indien ze er aan
tekort komen, dit bykrijgen.
De VOORZITTER ziet dan de mogelijkheid hieromtrent in januari
1972 te beslissen. Indien blijkt dat de mensen te weinig heb
ben, dan kan worden besloten het tekort bij te betalen. Dit
is een reëel voorstel.
Zoals het nu ligt is het niet bevredigend voor de raad en
voor de betreffende mensen, aldus de heer RUIJTEN. Spreker
zou een oplossing wensen, welke door beide partijen aanvaard
wordt
De heer MARCELISSEN stelt voor de beslissing aan te houden
en dan in januari 1972 definitief te beslissen.
De VOORZITTER is hier geen voorstander van.
Spreker stelt nogmaals het voorliggende voorstel te aanvaar,
den, de kilometers de komende 3 maanden te noteren en in januari
1972 er op terug te komen.
Indien mocht blijken dat er meer kilometers worden gereden, dan
dat er in de voorliggende vergoeding zouden zitten, dan is er
de bereidheid in principe om bij te betalen. Mocht het onverhoopt
te veel zyn, b.v. een 100,--, dan moet hierover niet verder
worden gepraat.
De VOORZITTER memoreert dat het bedrag destijds is vastgesteld
op 1 440,in 1968e Rekening houdend met 3 jaar verhoging
van prijzen en lonen dan komt men zonder meer aan 2.000,--.
De heer ROOSENDAAL merkt op, dat de ene functionaris wellicht
meer rydt dan de andere.
De VOORZITTER voegt hieraan toe, dat dit zal blijken in januari
a.s. Voorts attendeert de heer ROOSENDAAL erop, dat de ene
functionaris verder weg woont en deswege ook meer kilometers
rijdt
De VOORZITTER zegt, dat deze kilometers van huis naar kantoor
niet meetellen.
De heer ERNEST vraagt of de betreffende functionarissen zelf
een bedrag hebben gevraagd. De VOORZITTER bevestigt dit. Dit
bedrag is bepaald op 3.000,aan de hand van de door hen
berekende kilometers.
De heer KOEVOETS vraagt om by de omliggende gemeenten te infor
meren naar de autovergoeding.
De VOORZITTER zegt dat dit heel verschillend is. Er is aan de hand
van de inderdaad op verzoek verstrekte gegevens geconstateerd,
dat er absoluut geen lijn in te vinden is.
Zander hoofdelyke stemming wordt het voorstel van burgemeester en
wethouders aangenomen met de kanttekening als door de VOORZITTER
gesteld.
De heer Marcelissen wordt geacht te hebben tegengestemd.
620e Wyziging van de "Salarisverordening Gemeenteambtenaren
1966" classificatienr-2.08.7^1)
(preadvies nr.: 71»062)
De VOORZITTER bevestigt de opmerking van mevrouw AKKERMANS, dat
het in de bedoeling ligt een tekenaar aan te trekken.
Mevrouw AKKERMANS vraagt zich afhoe dit rijmt met de perso
neelsstop, die minister Biesheuvel heeft aangekondigd
De VOORZITTER ziet hierin geen moeilijkheid, daar de dienst van
gemeentewerken zo onderbezet is in vergelyking met andere plaat
sen van gelyke grootte.
Twee jaar geleden zijn er al plannen geweest een tekenaar aan te
trekken, doch er was geen reëele kantoorruimte voor.