- k -
Als het zakelijk wordt beschouwd, dan moeten de mensen die het
betreft ook zakelijk zijn en gewoon een paar maanden het aantal
kilometers noteren.
Dat is ook van hun kant van belang, n.l. dat dan aangetoond
is, dat ze de zaak niet "beduvelen".
De VOORZITTER zegt andermaal, dat het in een bepaalde periode
is bijgehouden0
Toen is geconstateerd, dat er een x~aan.tal kilometers zijn gereden.
Men kan dan nooit zeggen of het aantal kilometers verantwoord
is
Mevrouw AKKERMANS heeft van deze uitslag nooit iets vernomen.
De VOORZITTER brengt ter tafel, dat het verzoek om het aantal
kilometers van destijds te noteren is geschied naar aanleiding
van een bespreking in de raad.
Indien burgemeester en wethouders dit doen, dan moet de raad
bij de uitwerking daarvan vertrouwen hebben in het college.
Het college heeft laten controleren, heeft laten tellen. Als
dan tot de conclusie wordt gekomen dat aan de hand van de toen
genomen beslissing het besluit inderdaad juist was, dan is het
een kwestie van vertrouwen.
Het is een heel eenvoudig kunstje papieren op tafel te leggen,
waaraan de raad geen geloof hecht. De VOORZITTER vraagt zich
dan afhoe dit moet worden aangetoond.
Mevrouw AKKERMANS meent toch, dat aan de hand van een rapport
een en ander kan worden aangetoond, waarop de VOORZITTER zich
de vraag stelt, of dat dan het rapport wel juist is.
Mevrouw AKKERMANS ziet dan het vertrouwen in de mensen geschokt.
De VOORZITTER vindt het een principieel verschil of een vaste
vergoeding dan wel een kilometervergoeding wordt gegeven.
Uitgegaan wordt van het feit, dat de mensen voor hun werk een
auto nodig hebben5 dan is de gemeente moreel verplicht een ver
goeding toe te kennen.
Wethouder GELIJNS preciseert de beslissing van de commissie
openbare werken. Voorgesteld wordt 2.000,-- als minimumbedrag.
Indien de betreffende mensen zich hiermede niet kunnen vereni
gen, dan is het alternatief twee maanden aantekening te houden
van het gereden aantal kilometers, waarna de situatie opnieuw
wordt bezien.
De heer RUIJTEN constateert, dat het punt van de autovergoeding
altjjd al een pijnlijke zaak is geweest. Er ±s een bepaald wan
trouwen. Dit moet de wereld uit.
Spreker zegt met betrekking tot het verrichten van tellingen,
dat de periode waarin dit geschiedt, verschillende uitkomsten
kan geven. De zomer ligt anders dan het voorjaar en de winter-.
Spreker vraagt zich af, waarom de betreffende mensen niet uit
zichzelf notities hebben gemaakt van de gereden kilometers om
meer beslagen op het ijs te komen.
Thans geeft het de indruk dat er egn slag in de lucht wordt
gedaan. Dit laatste wordt door de VOORZITTER ontkent.
De heer RUIJTEN stelt, dat de betreffende mensen recht hebben
op datgenemt ze voor de gemeente doen.
Om zomaar 2.000,-- aan ieder ^van de mensen te geven bevre
digt de heer RUIJTEN niet. Het kan best zijn, dat de ene meer
vergoeding moet hebben dan de andere.
De VOORZITTER doet een compromis-voorstel om het voorstel van
burgemeester en wethouders te aanvaarden, de beide functionaris
sen opdracht te geven het gereden aantal kilometers van 1 okto
ber tot en met 31 december 1971 te noteren, over te leggen en aan
de raad ter inzage te geven en in januari 1972 op de vergoeding
terug te komen.