- 15 -
De VOORZITTER zegt, dat de raad rustig een besluit kan nemen, doch
wat heeft men er aan als dit besluit niet wordt goedgekeurd.
De heer VAN ZUNDERT wijst er nog op, dat straks ook de scholen
niet meer kunnen gaan zwemmen in Fijnaart en Oudenbosch, daar eerst
voor de eigen leerlingen wordt gezorgd.
Nu reeds is er met vergaderingen van uren lang de mogelijkheid ge
creëerd te kunnen gaan zwemmen.
Als in de komende jaren met meer klassen wordt gezwommen, dan zal
dit na 4 uur moeten geschieden. Daarom pleit spreker voor een over
dekt zwembad, temeer daar hiervan de financiering gemakkelijker ligt.
De heer VAN ZUNDERT zou bij de bevolking graag een schriftelijke en-
quete willen zien terzake van een al dan niet overdekt zwembad.
De heer VAN DER MAST wijst op de gewijzigde toestand door het school
zwemmen, hetwelk een rol kan spelen bij de beoordeling van het al
of niet openluchtzwembad.
De heer VAN ZUNDERT memoreert, dat hij destijds hierop wel degelijk
heeft gewezen.
De VOORZITTER releveert, dat destijds de meningen in de raad over
al dan niet openluchtzwembad verdeeld lagen.
De heer RUIJTEN memoreert, dat d-- instructiebaden elders ook, even
als het dorpshuis, is voortgekomen uit het particuliere initiatief;
ook in Fijnaart. Als b.v, een stichting in het leven wordt geroepen,
als in Fijnaart, en deze stichting brengt 150.000,-- bijeen, dan
zullen gedeputeerde staten gemakkelijk een aanvullend krediet van
de gemeente goedkeuren.
De VOORZITTER ziet hierin nog geen directe goedkeuring, daar de
provinciale zwembadencommissie als de vereniging van Nederlandse
Gemeenten ten aanzien van onze gemeente een openluchtzwembad wordt
voorgestaan.
De heer VAN ZUNDERT begrijpt niet, dat, hoewel particulier initia
tief, de gemeente het instructiebad te Fijnaart runt.
De VOORZITTER wijst er op, dat dit mede door de gemeente geschiedt,
v. De directe omgeving van het woonwagenkamp is volgens de heer
KOEVOETS een verschrikking. Er staat een hele grote loods; er is
licht aangelegd. Spreker heeft ook horen vertellen dat telefoon
aangevraagd is. Spreker bevreemdt het, dat de voorzitter naar aan
leiding van het gestelde door de heer Oomen niet weet hoe de situ
atie is bij het woonwagenkamp.
Het regelement van het woonwagenkamp van 1952 bepaalt is artikel 2
"op, om of in de nabijheid van het woonwagenterrein mag geen han
dels- of sloopwaar worden opgeslagen of tijdelijk worden bewaard'.'
en in artikel 5 "Het toezicht op de gang van zaken op het woonwa-
genterrein geschiedt door de dienst gemeentewoken.
Spreker vraagt zich af waarom hij het wel ziet en de dienst gemeen
tewerken die hier speciaal op moet toezien, hier geen melding van
maakt.
Het id.ee van spreker is, dat men ze daar niet meer weg krijgt.
De VOORZITTER merkt op, dat vanwege de gemeente al eens opgeslagen
materiaal is afgevoerd. Na opruiming komt er echter weer direct
nieuw materiaal.
Het is een lastige zaak.
De VOORZITTER zal zich zelf gaan overtuigen. Men komt er niet elke
dag.
w. Op de Meir is in twee vlak bij elkaar gelegen café's (Slootmans
en Van de Kasteele) vaak iets te doen, zodat de hele Meir vol staat
aan beide zijden over een lengte van ongeveer 500 meter met gepar
keerde auto's.
