- 15 -
De heer VAN DEN BERGH merkt op, dat iemand met een minimum loon niet
in een dure flat kan gaan wonen, zonder bijbetaling.
Wanneer het minimum loon voor de A.O.W. wordt vastgesteld, dan is nu
reeds door regering in principe bepaald, dat de Algemene Bijstandswet
terzake niet meer van toepassing is.
Uiteraard moet de loop van de situatie worden afgewacht.
Met de onredelijkheid die de heer VAN DEN BERGH in de huidige situ
atie ziet, is het dé VOORZITTER geheel eens.
De VOORZITTER is het met meer dingen van de Algemene Bijstandswet
niet eens, b.v, ds bepaling van het bescheiden ver-mogen.
Momenteel is het zo, dat iemand die een bescheiden vermogen heeft in
roerend of onroerend goed, welke ligt boven een bepaalde norm - i.v.m.
de onbillijke situatie wordt deze nu al omhoog getrokken - dit goed
moet bewaren, b.v. met hypotheek. Straks wordt het zo, dat een hy
potheek niet meer genomen behoeft te worden, doch de gemeente, wel
ke bijstand verleent, heeft een claim op de nalatenschap van de be
langhebbende» Tijden^ het leven behoeft men dus geen hypotheek te
nemen op het pand, hetwelk met heel veel zorg is vrijgekregen,
L De heer VAN DEN BERGHvraagt of er 20 juni 1970 een gedateerde
brief is binnengekomen van het gewestelijke sociale school Roosen
daal om subsidie voor een vijftal leerlingen.
De VOORZITTER meent deze brief te hebben gezien en hierop een kant
tekening heeft geplaatst voor betaalbaarstelling conform de begro
ting, Spreker zal het echter nagaan.
De heer VAN DEN BERGH heeft een afschrift van de betreffende brief.
Naar men spreker heeft medegedeeld is nog geen antwoord ontvangen,
m. Het tweede fietspad rechts over het viaduct zou volgens persbe
richten een zestal weken geleden snel worden gerealiseerd, hoewel
er nog niets is te zien, aldus de heer VAN DEN BERGH.
De VOORZITTER heeft van rijkswaterstaat vernomen, dat nog dit jaar
met de werkzaamheden wordt begonnen. Er is al een aannemer. De
VOORZITTER zal met rijkswaterstaat telefonisch contact opnemen,
n. De heer MARCELISSEN vraagt of de gemeente inspraak heeft in het
beleid van het bejaardenpension.
De VOORZITTER repliceert, dat de gemeente n5ch inspraak heeft in
het bejaardenpension, n&ch in de bejaardenflat.
o. De heer ERNEST vestigt er de aandacht op, dat er te Stampersgat
nagenoeg geen bouwgrond meer is. Spreker wijst nog op het samen
spel met de Mark-verbeteringswerkzaamheden en het bouwrijp maken
van grond.
De VOORZITTER weet wel dat het bestek van de Markverbeteringswerk-
zaamheden klaar was, doch tot uitvoering is nog niet overgegaan.
Spreker zal een en ander nagaan.
p. De heer ERNEST verzoekt het bouwterrein van de "noodwoningen"
aantrekkelijker te maken. Het ziet er thans rommelig uit.
Kan het niet worden geëgaliseerd. Dan kunnen er wellicht eerder
gegadigden komen. De VOORZITTER zal het opnemen,
q. Er is bij de grote zaalgelegenheid over "ze" gesproken, aldus
de heer VAN ZUNDERT, Spreker zou dit willen veranderen in "wij".
Wanneer met "ze" wie dan ook bedoeld zou worden, b.v» het kerkbe
stuur, moet dan dit kerkbestuur, wat toch al met een financieel
ondragelijke last zit, ook deze last nog op zich nemen. Wordt
hiermede het Charitasbestuur bedoeld,dan kan men zich afvragen
of deze zich niet een geweldige last op hun schouders heeft gela
den met de bejaarderrHat.
Spreker vraagt zich dan af, waar dan de instantie blijft, die een
gemeenschapshuis zou moeten bouwen.
De VOORZITTER merkt op, dat noch het kerkbestuur, nSch het Chari
tasbestuur wordt bedoeld. Spreker heeft duidelijk gesteld,
dat het particulier initiatief hiervoor moet zorgen. Iedereen dus,
die zich geroepen voelt om dit te doen.