Niettemin kan niet gewacht worden met de aanleg van de riolering.
De VOORZITTER entameert een gesprek van het vorig jaar met het lid
van gedeputeerde staten, de heer Van den Eerenbeemt. Toen is door hem
gezegd, dat de plannen gereed waren en naar Den Haag waren gezonden.
Onlangs heeft er een interview met de pers plaats gevonden met de
Hoofdingenieur-directeur van de provinciale Waterstaat, die met name
de rondweg Oud Gastel heeft genoemd en hiervan de verwachting uitge
sproken, dat met de meest mogelijke spoed met de aanleg van de weg zal
worden begonnen. De financieringsmiddelen zijn echter de struikelblok.
Voor zover het krediet dit toelaat is men reeds bezig met de nodige
aankopen.
De VOORZITTER durft niet al te optimistisch te zijn.
j. De heer RUIJTEN brengt het venten op zaterdag ter tafel. Het is
soms volgens spreker bar. Spreker vraagt zich af of dit beperkt kan
worden dan wel niet wordt toegestaan.
De VOORZITTER deelt mede, dat als norm wordt aangehouden twee ventver
gunningen per dag.
De mensen die ingeschreven zijn bij de markt- straat- en rivierhandel
hebben recht om te venten. Deze kunnen vergunningen om te venten niet
worden geweigerd. We1 kan het aantal ventvergunningen worden beperkt.
Of degenen welke des zaterdags venten in het bezit zijn van een vent
vergunning kan alleen bij controle blijken. De secretarie is welis
waar op zaterdag gesloten, doch de vergunning kan op andere dagen zijn
afgehaald. Inmiddels zijn wel een paar processen-verbaal opgemaakt
wegens het niet hebben van een ventvergunning.
De VOORZITTER zal er aandacht aan schenken en een en ander opnemen met
de rijkspolitie.
k. Om als raadslid te oordelen of het gemeentehuis als monument moet
blijven aangemerkt vindt de heer RUIJTEN erg moeilijk. Persoonlijk is
spreker wel voorstander van plaatsing op de lijst van monumenten, doch
als vertegenwoordiger van de bevolking is het wel moeilijk namens hen
te spreken. Spreker stelt voor dit te plaatsen in de Laurentiusklok
met mogelijkheid van reacties.
De VOORZITTER zegt dat de gemeente dit niet kan doen. Spreker sugge
reert de aanwezige pers, dit in het verslag van de raadsvergadering op
te nemen.
Mevrouw AKKERMANS vraagt of de beslissing van de raad doorslaggevend
is voor de plaatsing op de lijst, waarop de VOORZITTER repliceert, dat
indien de raad besluit tot handhaving van de plaatsing, de minister
dit aanvaardt. Immers: het staat al op de (voorlopige) lijst.
De heer RUIJTEN geeft enkele toekomstige bestemmingen voor het gebouw
(museum, culturele doeleinden).
1. De heer AKKERMANS bevestigt dat het leefklimaat, in bijzonderheid
in plan Zuid moet worden bevorderd. Met enige strubbelingen is het
mogelijk geworden, dat aan de oostzijde ook bungalows gebouwd kunnen
worden.
Spreker vindt het verwonderlijk, dat een aspirant-bouwer tot driemaal
toe aanvullende grond moest kopen, teneinde te voldoen aan de opper
vlakte van het bouwperceel. Dit was hem teveel en heeft verder van
bouw afgezien. Dit is volgens spreker niet de manier de bouw aldaar
te bevorderen.
Spreker vraagt naar de reden hiervan.
De VOORZITTER licht dit verder toe. Aanvankelijk heeft de gemeente
bouwpercelen ingedeeld met een frontbreedte van 22 tot 25 meter.
Gedeputeerde staten hielden voet bij stuk bij hun stelling dat de
frontbreedte 30 meter moet zijn. Met toepassing van artikel 20 van
de Wederopbouwwet is de bouwvergunning verleend, doch goedkeuring
bleef onthouden, daar de frontbreedte geen 30 meter was. Bovendien
is er in Den Bosch een gesprek geweest te dezer zake, doch dit heeft
niet mogen baten. Met name heeft hierin de Inspecteur van de Ruimte
lijke Ordening een zware vinger in de pap.