Men is m.i. te theoretisch geweest en onvoldoende is rekening ge
houden met de mogelijkheden welke er in een bepaalde gemeente zijn.
Ik dacht n.l dat het nuttig is wanneer deskundigen, zoals plano
logen, sociologen, economen enz. uiteraard respekt hebbende voor de
opvattingen van deze deskundigen, in samenwerking met en begrip heb
bende voor de standpunten van leken op de gebieden van planologie,
sociologie en economie, x^elke standpunten op dikwyls Jarenlange
ervaring berusten, en hiermede dus rekening houdende ruimere moge
lijkheden ook in een streekplan zouden terecht komen en zodoende eer.
reeds aanwezig zijnde ontwikkeling niet behoeft te worden afgeremd.
Ordening is noodzakelijk, maar wanneer we de mond vol hebben over
de rechten van de mens, de vrijheden van de mens, het scheppen van .e*en
zo groot mogelijke leefbaarheid is het dan zo kwalijk om te denken dat
ook in een ordening ruimtelijk bezien meer mogelijkheden kunnen worden
geschapen en een wat grotere vrijheid wordt geboden. Een hartekreet
waarschijnlijk, maar gehoopt mag worden in ieder geval dat het streek
plan een verdere ontwikkeling van de gemeente niet in de weg zal
staan.
Van deze punten overstappende naar de gemeente zelve, mag worden vast
gesteld dat uw raad in het afgelopen jaar vele besluiten heeft genoden
en suggesties heeft gedaag teneinde het belang der gemeente op
vooruitstrevende wijze te dienen.
De uitvoering van bepaalde plannen wachten op financieringsmiddelen
want ook in het afgelopen jaab en ook dit jaar mag worden verwacht
dat juist de financiering van grote kapitaals\irerken nog moeilijkheden
zal opleveren. Over het algemeen mag worden gezegd dat de financiële
positie der gemeente niet zonder meer ongunstig mag worden genoemd,
doch zoals u bekend is was de gemeente genoodzaakt een gedeelte van
de saldi-reserve aan te spreken teneinde cfe begroting 1970 sluitend
te krijgen. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de lasten welke
- voortvloeiend uit grote kapitaalswerken - op de gewone dienst
drukken; gesteld mag dus worden dat deze begrotingssituatie is ont
staan door de uitvoering van —oor de gemeente belangrijke en nood
zakelijk- werken, waardoor o.m. het leefklimaat gunstig werd bein
vloed en dit is, ondanks de financiële zorgen, vanzelfsprekend voor
de ontwikkeling van de gemeente belangrijk en alzo volkomen verantw§ör&.
Teneinde echter te zorgen dat de financiële positie gezond blijft,
is het nodig, dat een beroep wordt gedaan op de gemeenschap, o.m.
in de vorm van belastingheffing» We he' ben het dan ook noodzakelijk
gevonden u te moeten voorstellen, een nieuwe belasting in te voeren
n.l. een rioolbelasting. Het doen v,neen aanlag op de beurs van de
gemeentenaren is altijd een wat onprettige zaak, maar daar staat tegen
over dat er ook iets voor wordt verkregen en men moet nu eenmaal geg&-
melijk de lasten trachten te dragen; onze gemeente is tot nu toe wat
het belastingpeil betreft nog altijd de laagste in West-Brabant.
Het is echter logisch dat bij de realisering van "dure" objecten dit
laag houden van het belastingpeil niet kan voortduren. Men kan nu één
maal niet alles willen zonder offers daarvoor over te hebben; dat pp
in elk gezin zo en dus ook in het grote gezin wat gemeente heet.
Ik neem aan dat ook u het hiermede eens zult zijn. Overigens hopen
dat de financiën voor zover de rijksoverheid ons hierin benulpzaam
moet zijn, wat ruimer zullen gaan vloeien, hoewel een aeer grote
kapitaalsbehoefte aanwezig is en de vraag is of de rijksoverheid
over voldoende middelen zal kunnen beschikken, om aan de redelijke
vraag te voldoen.