-12-
Het Koninklyk Besluit wordt in februari/maart 1967 verwacht.
De rijksgoedkeuring voor de bouw van de Boerenleenbank is ontvangen.
Het bestek zal binnenkort gereed zijn. Zij kan worden gebouwd. Er
staat momenteel geen beboui^ing in de weg.
De VOORZITTER hoopt met betrekking tot de aankoop van het pand van
Van Kinderen binnenkort overeenstemming te bereiken.
g. De heer AKKERMANS heeft geconstateerd, dat de waterafvoer van de
Heerstraat te wensen overlaat. Heeft de dienst van openbare werken
hier inmiddels iets aan gedaan?
De VOORZITTER wijst er op, dat de wateroverlast door de mensen zelf
is ontstaan, daar ze de tuintjes hebben opgehoogd en een waterloopje
hebben dichtgemaakt. Niettemin ligt het in het voornemen van gemeente
wege een goot te straten, hoewel eigenlijk gezegd moet worden "Y/ie zich
brand moet op de blaren zitten".
h. De heer GELIJNS vraagt of de bewoners/kiezers van de St.Maartenstraat
en de Oude Roosendaalsebaan bij de komende verkiezingen in de kom Oud
Gastel kunnen stemmen. Spreker heeft hier al eerder om verzocht.
Het is de VOORZITTER ontgaan, doch zal alsnog contact opnemen met de
secretarie en dit nader voor een 10-tal gezinnen bezien.
i. De heer GELIJNS stelt voor nu aan de oostzijde van de Markt nog geen
nieuwe gebouwen zijn opgericht, de oostwand 10 meter naar achter te
verleggen, om zodoende nog een ruimere Markt te verkrijgen. Als de
Boerenleenbank er staat, kan het niet meer.
De VOORZITTER zegt, dat de Boerenleenbank op de rooilijn, volgens het
uitbreidingsplan,wordt gebouwd. Dit is ongeveer 10 meter verder dan
de thans bestaande gebouwen. Spreker adviseert niet de rooilijn te
wjzigen Dit betekent een wijziging van het uitbreidingsplan hetwelk
geruime tijd vergt; nu zeker in verband met de nieuwe wet op de
Ruimtelijk Ordening.
Slottoespraak voorzitter.
De VOORZITTER houdt de volgende toespraak.
Mevrouw, mijne heren. Mag ik van deze laatste vergadering van deze raad
gebruik maken om u allen heel vriendelijk te bedanken voor de prettige
samenwerking en de medewerking, welke ik van uw raad heb mogen ondervinden
in het afgelopen jaar. Ne hebben natuurlijk verschillen van mening gehad
en die zullen er ook wel blijven bestaan. Ik geloof dat let ook goed is,
dat men verschil van mening heeft. Ieder heeft per slot van rekening
het recht en ook de plicht om voor zijn standpunt uit te komen.
Het is nu eenmaal zo, dat de meningen van ieder persoonlijk soms zeer
uiteen kunnen lopen. Dit behoeft geen enkel bezwaar te zijn, da,cht ik,
voor een juiste verhouding en een juiste samenwerking. Het is a!' en toe
hier en daar wel eens een beetje moeilijk geweest in de afgelopen periode.
Ik hoop, dat iedereen dit zich bewust zal zijn, maar dat van de uidere
kant ook iedereen zich bewust zal zijn van de taak om ten opzichte van
elkander een zo goed mogelijke verhouding in acht te nemen en zijn christen
plicht op dit moment, op dit gebied zo goed mogelijk te verstaan.
Mevrouw, mijne heren, ik wens u allen een zalig uiteinde en werkelijk
het allerbeste en nogmaals heel hartelijk bedankt voer uw medewerking in
het afgelopen jaar.
Sluiting.
De VOORZITTER sluit hierna de vergadering met de christelijke groet.