-7- De VOORZITTER prijst zich gelukkig, dat de rioleringsdeskundige van de gemeente zitting heeft in de commissie tot onderzoek van de afvoer van afvalwater. Gedacht wordt om een soort waterschap in het leven te roepen, alwaar de gemeenten kunnen aansluiten. Onze deskundige heeft destijds gezegd, dat het de voorkeur verdient op de persleiding aan te sluiten, hoewel dit qua investering duurder is, dan een rioleringszuiveringsinstallatie bouwen. Gehoopt wordt, dat t.z.t. op de persleiding kan worden aangesloten, hetgeen niet wegneemt, dat er totdat dit eep feit zal zijn, een tijde lijke oplossing zal moeten worden gevonden. b. Nu het woningbedrijf is opgeheven en de administrateur en de huurop- haler ontslag hebben gekregen, vraagt de heer GELIJNS zich af, waarom, nu ook per 1 januari 1966 de woningwetwoningen aan de woningstichting ■'St.Bernardus" worden overgedragen, de technisch-opzichter in dienst van de gemeente blijft. Immers er is toch geen taak meer voor deze ambtenaar. Bovendien wordt er geschermd met bezuiniging. De VOORZITTER belicht de opleiding van de technici en constateert, dat de weg- en waterbouw een geheel andere opleiding is dan bouw- en woning toezicht, Voorts wordt gezegd, dat onze gemeente een zeer kleine dienst van gemeentewerken heeft, doch spreker is van mening, dat het voldoende is. Wethouder ERNEST brengt in herinnering, dat de technisch opzichter is aangesteld omdat dit voorwaarde was bij het uittreden uit de gemeen schappelijke regeling terzake van het onderdeel bouw- en woningtoezicht. De VOORZITTER zegt verder, dat de technisch opzichter nog zolang t.b.v. e woningstichting St.Bernardus blijft werken, totdat deze stichting zelf een eigen opzichter heeft voor de woningen. Wethouder VROLIJK en de heer GELIJNS zien de overblijvende werkzaamheden van de technisch-opzichter t.z.t. niet meer als een volledige dagts,ak. De heer MARCELISSEN doet daarom de suggestie de ambtenaar blijvend voor de woningstichting te laten werken, zulks in overleg met de woningstichting te regelen. Wethouder VROLIJK brengt zijn standpunt te berde, dat de woningbouw- stichting St. Bernardus aan de gemeente asn vergoeding dient te betalen t.b.v. het beschikbaar stellen van de technisch opzichter voor het toezicht op het onderhoud van de per 1 januari 1966 over te dragen woningwetwoningen. De VOORZITTER stelt, dat dit ook de opvatting is van de meerderheid van het college van burgemeester en wethouders. Wethouder VROLIJK zegt voorts t.z.t. terug te koken op het vraagstuk 0 e technisch opzichter een volle dagtaak heeft, waarop de VOORZITTER repliceert, dat dit een aangelegenheid is van burgemeester en wethouders. c. De heer VISSENBERG dankt de raad voor het beschikbaarstellen van een extra subsidie aan de r.k. Bejaardenbond te Stampersgat. d. De heer VAN HASSEL infomeert naar de goedkeuring van de verkochte woningen aandde Roosendaalsebaan. De VOORZITTER deelt mede, dat gedeputeerde staten zich niet geheel unnen verenigen met de betreffende raadsbesluiten. De stukken zyn gedeputeerde staten ter hand gesteld. De beslissing wordt met belang stelling tegemoet gezien. e. De heer VAN ZUNDERT informeert naar de mogelijkheid van eenrichting- de Kerkstraat nu de Achterdyk is herbestraat. de ^°°REITTER h®eft hieromtrent contact gehad met de plaatselijke politie, üe B.B.A. en wil nog een advies hebben van de A.N.W.B. De situatie ter plaatse is bijzonder moeilijk.

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1965 | | pagina 89