-2-
4. Toekenning bijzondere uitkering aan het gemeentepersoneel over 1965»
(preadvies nr. 65.109).
Mevrouw AKKERMANS constateert, dat er practisch geen raadsvergadering
wordt gehouden, of er staat een salarismaatregel voor het gemeenteper-
soneel op de agenda. Spreekster vraagt zich af of die maatregelen niet
minder frequent aan de orde gesteld kunnen worden. De VOORZITTER memo
reert de loonontwikkelingen bij het particuliere bedrijf, die regelmatig
wijzigen in verband met prijsstijgingen. Het is een vicieuze cirkel waaraan
de overheid zich -later- aanpast. De ontwikkeling van de salarissen houden
dus gelijke tred met de maatregelen in het particuliere bedrijfsleven. De
consequentie van salarisherzieningen is, dat nog al wat tijd beschikbaar
gesteld moet worden voor herberekeningen, e.d. Dit is niet weg te cijferen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burge
meester en wethouders besloten.
5. Bouwcredietregeling gemeentepersoneel.
(preadvies nr. 65.110)
De VOORZITTER memoreert, dat het een toevallige omstandigheid is, dat
het onderhavige agendapunt op dezelfde agenda is vermeld met de ver
koop van twee woningen aan leden van het gemeentepersoneel (agendapunt 6).
Zonder hoofdelyke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burge
meester en wethouders besloten.
6. Verkoop woningen Roosendaalsebaan 22 en 24 respectievelijk aan
L.Piasmans en P.C.J. Berkelmans.
(preadvies nr. 65.111)
De heer VISSENBERG is wel voor bezitsvorming, doch spreker maakt
toch onderscheid tussen verkoop van de woning aan de heer Van der Lint,
die onderwijzer is en niet in de gemeente werkt, en de verkoop van de
onderhavige woningen, die verkocht worden aan gemeenteambtenaren. Bij
verkoop aan gemeenteambtenaren komt geen woning vrij als deze de gemeen
te-dienst gaan verlaten.
Dit is nu eenmaal de consequentie van de beslissing in de vorige raads
vergadering (verkoop woning aan Van der Lint), aldus de VOORZITTER. Een
ieder moet overdezelfdekara worden geschoren. De heer VISSENBERG vraagt
zich verder af of gemeenteambtenaren van de gemeente mogen kopen,
gezien het feit, dat raadsleden dit ook niet zonder meer mogen. De
VOORZITTER licht toe, dat er een wezenlijk onderscheid is tussen raads
leden (bestuurders) en gemeenteambtenaren.
De heer RUIJTEN wil de onderhavige woningen onder dezelfde voorwaarden
en tegen dezelfde prijs verkopen als de woning Van der Lint, ondanks dat
thans de woningen op 27.OOOgetaxeerd zyn (zonder "10-jaar"-bepaling)
Deze laatste taxatie hebben burgemeester en wethouders mede laten
verrichten om de reële waarde van de woning te weten. Niettemin is de
VOORZITTER van mening, dat de onderhavige woningen op dezelfde voet
verkocht moeten worden als de woning van Van der Lint. Gelijke monniken,
gelijke kappen.
De heer VAN HASSEL vindt het vreemd, evenals de heer VAN ZUNDERT, dat
de woningen thans, na enkele weken, een paar duizend gulden hoger zyn
getaxeerd. Beide sprekers zijn de mening toegedaan, dat de verbeteringen,
die door de aspirant-kopers voor eigen rekening aan de woningen hebben
plaatsgevonden, bij de bepaling van de taxatie apart een rol hebben ge
speeld, hetgeen de VOORZITTER niet ontkent.